Cato the Younger oor Nederlands

Cato the Younger

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

Marcus Porcius Cato Uticensis minor

voorbeelde

This marriage was very useful to Claudia's father as Brutus was very wealthy and it allied him with the leader of Optimates, Cato the Younger, who was Brutus' uncle.
Dit huwelijk was zeer nuttig voor Claudia's vader daar Brutus zeer rijk was, en het hem verbond met de leider van de Optimates, Cato de Jongere, die een oom van Brutus was.

Cato the Younger is introduced as a heroic man of principle; as abhorrent as civil war is, he argues to Brutus that it is better to fight than do nothing.
Cato wordt voorgesteld als een heldhaftig man met rotsvaste principes; hoe afgrijselijk de burgeroorlog ook is, toch beweert hij tegenover Brutus dat het beter is te vechten dan niets te doen.

Caesar proceeded to Utica, where Cato the Younger was garrisoned.
Scipio en Labienus vluchtten naar Utica, waar ze door Cato werden geholpen naar Hispania te vluchten.[6]

The gatekeeper glanced at Cato, who, in his soaked state, looked even younger than his years.
De poortwachter keek naar Cato, die, doordrenkt als hij nu was, nog jonger leek.

She was younger than Cato, and had already been married to the ageing owner of the business for three years.
Ze was jonger dan Cato, maar toch al drie jaar getrouwd met de eigenaar van de bakkerij, die al aardig op leeftijd was.

His mother was the half-sister of Cato the Younger, and later became Julius Caesar's mistress.[2] Some sources refer to the possibility of Caesar being his real father.[3] His uncle adopted him in about 59 BC.
Sommige bronnen wijzen op de mogelijkheid dat Caesar zijn echte vader was[2], maar dit is zeer onwaarschijnlijk aangezien Caesar vijftien jaar oud was ten tijde van de geboorte van Brutus en de affaire met diens moeder ongeveer tien jaar later begon.

After the murder, Gnaeus and his brother Sextus joined the resistance against Caesar in the Africa Province. Together with Metellus Scipio, Cato the Younger and other senators, they prepared to oppose Caesar and his army to the end.
Na de moord vertrok Cornelia Metella weer naar Rome, maar Sextus voegde zich bij zijn broer om de wapenen tegen Caesar op te nemen, samen met Metellus Scipio en Cato de Jongere.

In the prologue several women are mentioned—Esther, Penelope, Marcia Catonis (wife of Cato the younger), Lavinia, Polyxena and Laodamia—whose stories are not recorded and the nineteen ladies in waiting of Alceste mentioned in the prologue might suggest an unfulfilled structure.
Zo worden in de proloog verscheidene vrouwen genoemd - Esther, Penelope, Marcia Catonis (vrouw van Cato de Jongere), Lavinia, Polyxena en Laodamia - waarvan de verhalen niet worden verteld. Alceste vermeldt ook negentien hofdames in de proloog, wat eveneens wijst op een onvervulde structuur.

Marcus Porcius Cato Uticensis (95 BC, Rome – April 46 BC, Utica), commonly known as Cato the Younger (Cato Minor) to distinguish him from his great-grandfather (Cato the Elder), was a politician and statesman in the late Roman Republic, and a follower of the Stoic philosophy.
Uticensis minor (ook Cato de Jongere, ter onderscheid met zijn overgrootvader Cato de Oudere) (95 v.Chr. te Rome - 46 v.Chr.) was een Romeins politicus, staatsman en aanhanger van de Stoïcijnse stroming.

The most notable victims were Marcus Tullius Cicero, who had opposed Caesar and excoriated Antony in his Philippics, and Marcus Favonius, a follower of Cato and an opponent of both triumvirates.[10] The proscription of younger brother) seems to have been motivated by the perceived need to destroy Cicero's family.
Het bekendste slachtoffer, Marcus Tullius Cicero, die zich had verzet tegen Caesar en Antonius gehekeld in zijn Philippicae, was geen verrassing, maar de proscriptie van Quintus Tullius Cicero (diens jongere broer), de legatus van Caesar, schijnt uit pure wrok te zijn gedaan.