55 It is settled case-law that selection boards enjoy, in principle, a discretion when assessing, as a condition for admission to a competition, the previous professional experience of candidates, both as regards the nature and duration thereof and as regards its relevance to the post to be filled (Case T‐214/99 Carrasco Benítez v Commission [2000] ECR-SC I‐A‐257 and II‐1169, paragraph 70; Case T‐145/02 Petrich v Commission [2004] ECR-SC I‐A‐101 and II‐447, paragraph 34; and Ricci v Commission, paragraph 45).
55 Het is vaste rechtspraak dat de jury van een vergelijkend onderzoek over een discretionaire bevoegdheid beschikt ter zake van de beoordeling van de eerder opgedane beroepservaring van de kandidaten als toelatingsvoorwaarde voor een vergelijkend onderzoek, zowel met betrekking tot de aard en de duur van die beroepservaring als met betrekking tot het nauwe of minder nauwe verband daarvan met de eisen van het ambt waarin moet worden voorzien (arresten Gerecht van eerste aanleg van 21 november 2000, Carrasco Benítez/Commissie, T‐214/99, JurAmbt. blz. I‐A-257 en II‐1169, punt 70, en 25 maart 2004, Petrich/Commissie, T‐145/02, JurAmbt. blz. I‐A-101 en II-447, punt 34, en arrest Ricci/Commissie, reeds aangehaald, punt 45).EurLex-2 EurLex-2