aimlessly oor Nederlands

aimlessly

bywoord

Without an aim, purpose or direction; in an aimless manner.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

doelloos

bywoord

without an aim

I was drifting about aimlessly.
Ik zwalkte doelloos in het rond.

voorbeelde

A father ran aimlessly down the street, the lifeless form of his little boy draped in his trembling arms.
Een vader rende doelloos over straat, met het levenloze lichaam van zijn zoontje in zijn trillende armen.

People were beginning to mill around aimlessly in the street, not knowing quite what to do.
De mensen begonnen doelloos over straat te dolen, niet goed wetend wat ze moesten doen.

What were they other than vagabonds aimlessly roaming between the systems?
Wat waren ze anders dan zwervers, die doelloos ronddwaalden tussen zonnestelsels?

Charley’s fingers floated aimlessly in the air for several seconds before she realized someone was watching her.
Charleys vingers bleven een paar seconden doelloos in de lucht hangen voordat ze besefte dat er iemand naar haar keek.

And yet, when (and if) they analyse their lives, most people get the feeling of merely muddling through, of drifting aimlessly, from one day to another.
En toch krijgen de meeste mensen wanneer (en indien) zij hun leven analyseren, het gevoel dat zij maar wat aanmodderen en doelloos voortgaan van de ene dag naar de andere.

I got out of the cab and just shuffled around aimlessly until Calvin Greenaway and Andrew Solomon found me.
Ik stapte uit de taxi en schuifelde een beetje doelloos rond tot Calvin Greenaway en Andrew Solomon me ontdekten.

Reuben and Philip entertained themselves in the sandbox, and Jadie drifted aimlessly about.
Reuben en Philip vermaakten zich in de zandbak en Jadie drentelde doelloos rond.

Anders and Cecilia wandered aimlessly around on the lighthouse rock itself, saying nothing.
Anders en Cecilia dwaalden doelloos rond over het rotseilandje en zeiden geen woord.

THAT AFTERNOON, desperate to escape the empty apartment, he drove around aimlessly.
Die middag reed hij doelloos in de omgeving rond, in een wanhopige poging aan zijn lege appartement te ontsnappen.

They both stood there, staring aimlessly at the people in the library.
Ze stonden daar met zijn tweeën doelloos naar de mensen in de bibliotheek te kijken.

Isabelle wandered around the house aimlessly for a while, absorbing all that had happened.
Isabelle liep een tijdje doelloos door het huis rond om alles wat er was gebeurd te verwerken.

Back at the house, I wandered aimlessly through the hallways and rooms, opening and closing doors at random.
Weer terug in het huis dwaalde ik doelloos door de gangen en kamers, ik deed op goed geluk deuren open en weer dicht.

Some of them were walking, either purposefully or aimlessly.
Sommigen liepen, doelbewust of doelloos.

On Easter Sunday morning, he took off in his car, driving aimlessly eastward.
De volgende morgen, op paaszondag, stapte hij in zijn auto en reed doelloos naar het oosten.

And as he aimlessly followed the roads around it, he asked himself why he had given that check back.
Terwijl hij doelloos om het gebied heen reed, vroeg hij zich af waarom hij die cheque had teruggegeven.

She felt like she was trapped in a clear balloon floating aimlessly while she suffocated inside it.
Ze had het gevoel dat ze was opgesloten in een doorzichtige ballon die doelloos rondzweefde terwijl zij binnenin stikte.

They were flying along quite purposefully, then suddenly they were buzzing aimlessly around in circles.
Ze vlogen al die tijd heel doelgericht door en toen opeens begonnen ze stuurloos in kringetjes rond te darren.

She flicked aimlessly through a magazine.
Ze bladerde gedachteloos in een tijdschrift.

Halsey was aimlessly knocking the billiard-balls around in the billiard-room, and I called to him.
Halsey sloeg doelloos de biljartballen in de biljartkamer en ik riep hem.

She nodded towards Eric, who circled aimlessly in the dust, a few yards from their parked car.
Ze knikte naar Eric, die op een paar meter van hun stilstaande auto doelloos rondjes draaide in het stof.

Yet they seemed to be swimming aimlessly.
Maar ze leken doelloos rond te zwemmen.

As one wandered aimlessly about the uninhabited maze that constituted the mansion, not one robot was ever visible.
Als je doelloos door het onbewoonde netwerk dat de villa was zwierf, was er nooit een robot te zien.

Noel wandered aimlessly toward the desk, glancing at the bookcases and photographs on the wall.
Noel liep doelloos naar het bureau, wierp een blik op de boekenkasten en de foto’s aan de muur.

In the wide meadows and beneath the trees the friendly cattle wandered aimlessly with foolish cries.
In de uitgestrekte weiden en onder de bomen zwierf doelloos het zachtmoedige vee en produceerde dwaze geluiden.

After she left, he found himself plucking aimlessly at the plastic bag holding the threatening messages.
Toen ze was vertrokken, frunnikte hij doelloos aan het plastic hoesje met de dreigende woorden.