finish line oor Nederlands

finish line

naamwoord

(sports) A line marking the end of a race.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

eindmeet

naamwoord vroulike

line marking end of a race

You go for the finish line, and you try to be the fastest.
Je gaat voor de eindmeet, en je probeert de snelste te zijn.

eindstreep

naamwoord vroulike

line marking end of a race

Bob reached the finish line first.
Bob bereikte als eerste de eindstreep.

finish

naamwoord vroulike

We never agreed on a course, just the finish line.
We hebben nooit een route bepaald, alleen een finish.

meet

naamwoord vroulike

een grensstreep, een eindstreep

I was glad especially for the children and the disabled people who crossed the finish line.
Ik was bijzonder blij voor de kinderen en de gehandicapten die over de meet kwamen.

voorbeelde

He was in a hurry to get to the finish line, and Rochelle went along with it.
Hij had haast om de finish te bereiken en Rochelle ging erin mee.

That now it was just a footrace, with only the team knowing the location of the finish line.
Dat het nu gewoon een wedloop was waarbij alleen het team wist waar de eindstreep zich bevond.

And I got you over the finish line!
En ik deed het laatste beetje.

“I’m still gonna beat that fine ass of yours to the finish line.”
‘Ik ga nog steeds die mooie kont van je verslaan bij de finish.’

We'll wear them when we're the first team crossing the finish line.
We zullen ze dragen wanneer we als eerste team de finish passeren.

There' s a party at the finish line
Daar is altijd het feest

We never agreed on a course, just the finish line.
We hebben nooit een route bepaald, alleen een finish.

But already God was showing her that her prayer was a starting line, not a finish line.
Maar nu al liet God haar zien dat haar gebed een begin was en geen eindpunt.

Whether she’d still be on his back as he crossed the finishing line was another matter.
Maar of zij nog steeds op zijn rug zou zitten als hij de finish over kwam, viel nog te bezien.

After a couple of minutes, the first rats reached the finish line.
Na een paar minuten bereikten de ratten de finish.

“The cheering of the crowd reached a crescendo when the first long-boat crossed the finish line.”
‘Het gejuich van de menigte bereikte zijn hoogtepunt toen de eerste boot de finish passeerde.’

Time for me to show him just what’s waiting at the finish line.
Tijd voor mij om hem te laten zien wat er bij de finish staat te wachten.

But in team rowing, individual effort alone won’t get you across the finish line first.
Maar roeiwedstrijden in teams win je niet op basis van de roeiprestatie van het individu.

Starving yourself isn't going to help you make it to the finish line.
Door jezelf uit te hongeren haal je het einde niet.

As we approach the finish line, I will be stepping back from day-to-day operations.
Nu we de finish einde naderen, doe ik een stap terug van de dagelijkse beslommeringen.

“It’s working, but it hasn’t carried you to the finish line yet?”
‘Het werkt, maar het heeft je nog niet over de streep getrokken?’

I thought this was the finish line.
Ik dacht dat dit de finish was.

Can it be that I'm condemned to always come close but never reach the finish line?
Was ik er misschien toe veroordeeld om altijd dichtbij te komen, maar nooit de eindstreep te halen?

Without endurance the “finish line” will not be reached. —Matt.
Zonder volharding zal de „finish” niet worden bereikt. — Matth.

Guys, let's all cross the finish line together.
Laten we samen over de finish gaan.

The Lions were closing on the finish line.
De Leeuwen naderden de eindstreep.

Chief Taylor is at the finish line with Stephen Schultz, the evening shift chief petty officer.
Sergeant-majoor Taylor staat aan de finish met Stephen Schultz, de sergeant-majoor van de avondploeg.

Double guards to the finish line.
Dubbel obstakel tot de finish.

You don't get a medal at the finish line for being good.
Je krijgt geen medaille aan het einde omdat je lief bent geweest.

I'll see you at the finish line.
Ik zie je aan de eindstreep.