half- oor Engels

half-

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

half-

adjektief

Ik tilde mijn voeten half op om mijn stoel te verlaten.
I half rose to my feet to leave my seat.

hemi-

adjektief

semi-

adjektief

We zijn acht jaar half en half verloofd en hij wil trouwen.
We've been semi-engaged for eight years, and he wants to get married.

half

adjective verb noun adverb adposition

Ik tilde mijn voeten half op om mijn stoel te verlaten.
I half rose to my feet to leave my seat.

Soortgelyke frases

half twee
half past

halve toon
half step · half tone · half-tone · halftone · semitone

een goed begin is het halve werk
well begun is half done

Half Past Dead
Half Past Dead

Half Smiles of the Decomposed
Half Smiles of the Decomposed

Half Moon Bay
Half Moon Bay

scrum-half
scrum-half

halve marathon
half marathon

halve vlucht
a wing · demi vol · demi-vol

voorbeelde

‘Ik bedoel, over een zwarte man die half doodgeslagen is op een parkeerterrein bij...
“I mean about some black guy found beat half to death in a parking lot outside...where was it?”

‘Ongeveer half zo groot als Denemarken.’
"""About half the size of Denmark."""

Ik zeur niet half zo erg als Emma na deze afranseling.
I don’t whine half as much as Emma is after this whipping.

Het was natuurlijk vijf over half twaalf.
It is of course twenty-five to 12 she then asked Linda... the time who naturally said it was five to twelve.

Van bijna een half miljoen dollar.
Almost half a million dollars.

Het laatste paar, half verstopt onder een beige regenjas, zijn groene Hunters.
The last pair of wellies on the rack, half hidden under a beige mac, are green Hunters.

Niet persoonlijk,’ zei ze half tegen zichzelf.
Not personal,” she said partly to herself.

'Dus u betaalde bijna een half miljoen dollar cash uit aan iemand die zomaar kwam binnenlopen?'
“You paid almost half a million dollars in cash to someone who walked into your bank off the street?”

Het was half drie toen zij de beschreven vellen verzamelde en ze met een half verachtelijk glimlachje overlas.
It was half-past two when she gathered up the sheets and read them over with a smile which was half contempt.

Hij poetste het schoon op de mouw van zijn ochtendjas en hield het voor haar half geopende mond.
He polished it carefully on the sleeve of his robe and held it to her half-opened mouth.

Mark, die maar half zo grondig te werk gaat als zij, begroef hem eens in de achtertuin.
Mark, not nearly as competent, merely buried it in the back garden, and you heard it chirp at dinner.

Ik ben met een half uur terug.
I'll be back in half an hour.

Dat blijft zo, ik ben half mens.
But as I am half-human, your record remains untarnished.

O’Leary bestudeerde de half openstaande deur van een kast tegen de muur achter de koning.
O’Leary was studying the half-open door of a cabinet on the wall behind the king.

M'n moeder stierf toen ik vijf en'n half maanden was.
My mom died when I was five-and-a-half months old.

Absurd dat ze de deur half open hadden gelaten.
Ridiculous that they’d left the door ajar.

Reichsleiter Bormann was zijn machtige, half-anonieme secretaris, die zijn agenda en zijn financiën beheerde.
Head of Chancellery Bormann was his powerful, half-anonymous secretary, who controlled his diary and his finances.

Maar toen Edwina het tegen George zei, kneep hij zijn ogen half dicht en dacht na.
But when Edwina mentioned it to George, he narrowed his eyes and started thinking.

Als ik ’s ochtends om half zes opstond, had ik de hele dag vóór me.
When I rose at half past five in the morning, I had the whole day ahead of me.

Dat is meer dan een half miljoen dollar aan waterverkoop.
That is over half a million dollars in sales for water.

Hij ging zitten en stootte een half flesje Perrier om.
He sat down and knocked back half a small bottle of Perrier, no lime.

Als hij hard reed, deed hij er een half uurtje korter over, maar minder zou het niet worden.
If he drove fast he could shave maybe thirty minutes off that, but not much more.

Maar nu is het half september en mijn moeder is al maanden dood.
Now that we’re in the middle of September, Mom’s been dead for months.

Een half uur.
Half an hour.

In Londen was het nu tien over half drie, in Zwitserland een uur later.
It was now 2:40 p.m. in London, an hour later in Switzerland.