moogt oor Engels

moogt

werkwoord

voorbeelde

„Ik schrijf u dit, . . . opdat gij moogt weten hoe gij u dient te gedragen in Gods huisgezin, hetwelk de gemeente van de levende God is, een pilaar en ondersteuning van de waarheid.” — 1 Tim.
“I am writing you these things . . . that you may know how you ought to conduct yourself in God’s household, which is the congregation of the living God, a pillar and support of the truth.”—1 Tim.

Gij moogt er geen ijzeren werktuig over zwaaien.
You must not wield an iron tool upon them.

In Exodus 31:13 staat geschreven: „Spreek tot de zonen van Israël, zeggende: ’Vooral mijn sabbatten dient gij te onderhouden, want dat is een teken tussen mij en u in uw geslachten, opdat gij moogt weten dat ik, Jehovah, het ben die u heilig.’”
At Exodus 31:13 it is written: “Speak to the sons of Israel, saying, ‘Especially my sabbaths you are to keep, for it is a sign between me and you during your generations that you may know that I Jehovah am sanctifying you.’”

GIJ moogt hem geen rente opleggen.
YOU must not lay interest upon him.

„Je moogt dadelijk gaan,” zei de soldaat; „ik moet alleen maar eerst even zien, wat je vrouw onder haar kleed verbergt.”
“You may go presently,” said the soldier, “but first I must see what your wife has hidden behind her robe.”

En gij moogt geen losprijs aannemen voor iemand [de onopzettelijke doodslager] die naar zijn toevluchtsstad gevlucht is, om hem vóór de dood van de hogepriester weer in het land te laten wonen.” — Num.
And you must not take a ransom for the one [the accidental manslayer] who has fled to his city of refuge, to resume dwelling in the land before the death of the high priest.”—Num.

In het eerste gebod: „Gij moogt geen andere goden tegen mijn persoon in hebben”, werd Jehovah op de eerste plaats gesteld (Ex 20:3).
The first commandment, “You must not have any other gods against my face,” put Jehovah first.

„Ook moogt gij geen”, MVg; SamLXXSy en Ex 20:14-17: „Gij moogt geen (niet).”
“Neither must you,” MVg; SamLXXSy and Ex 20:14-17, “You must not.”

Moogt gij over haar liefde voortdurend in extase zijn.”
With her love may you be in an ecstasy constantly.”

„Gij moogt het eerste punt scoren,” zei Ganatus.
'You may score the first point,' said Ganatus.

Jehovah gaf zijn volk de volgende instructies: „Gij moogt geen echtverbintenis met hen aangaan.
Jehovah instructed his people: “You must form no marriage alliance with them.

‘Dat is een prachtige staart, waar ge trots op moogt zijn.
“That is a splendid display, in which you can take pride.

Het derde gebod, in de juiste en logische volgorde vermeld, luidde: „Gij moogt de naam van Jehovah, uw God, niet op onwaardige wijze opnemen” (Ex 20:7).
The third commandment, in its proper and logical sequence, declared: “You must not take up the name of Jehovah your God in a worthless way.”

Gij moogt het volk niet vervloeken,+ want het is gezegend.”
You must not curse the people,+ for they are blessed.”

Paulus beloofde: „God is bovendien in staat al zijn onverdiende goedheid overvloedig te doen zijn jegens u, opdat gij, terwijl gij altijd in alles volledig van het nodige zijt voorzien, volop moogt hebben voor ieder goed werk.” — 2 Korinthiërs 9:8.
Paul promised: “God, moreover, is able to make all his undeserved kindness abound toward you, that, while you always have full self-sufficiency in everything, you may have plenty for every good work.” —2 Corinthians 9:8.

“Je moogt hem geen verwijt maken van ontrouw aan zichzelf, waar die afwijking noodzakelijk is.
"""Do not blame him, however, for departing from his character, where the deviation is necessary."

„Gij moogt als getuige geen valse verklaring tegen uw naaste afleggen.”
“You must not testify falsely as a witness against your fellowman.”

Jehovah had de mens het bevel gegeven: „Van elke boom van de tuin moogt gij tot verzadiging eten.
Jehovah’s edict to man was: “From every tree of the garden you may eat to satisfaction.

In Leviticus 18:3 gaf God de opdracht: „Zoals het land Egypte doet, waarin gij gewoond hebt, moogt gij niet doen; en zoals het land Kanaän doet, waarin ik u breng, moogt gij niet doen; en in hun inzettingen moogt gij niet wandelen.”
At Leviticus 18:3, God commanded: “The way the land of Egypt does, in which you dwelt, you must not do; and the way the land of Canaan does, into which I am bringing you, you must not do; and in their statutes you must not walk.”

Zijn Woord moedigt jongeren aan te gehoorzamen en voegt eraan toe: „Opdat het u goed moge gaan en gij lange tijd op de aarde moogt blijven.” — Efeziërs 6:3.
His Word encourages young ones to obey, adding, “that it may go well with you and you may endure a long time on the earth.” —Ephesians 6:3.

En van de vijf moogt gij in ’t eind verwerven Wat gij zoo lang, met rouw in ’t hart, moest derven.
"""And the Five have granted you, before death, what they so long refused,—the return to Lacedaemon."

Integendeel, blijft u verheugen, aangezien gij deel hebt aan het lijden van de Christus, opdat gij u ook gedurende de openbaring van zijn heerlijkheid moogt verheugen en verrukt moogt zijn.
On the contrary, go on rejoicing forasmuch as you are sharers in the sufferings of the Christ, that you may rejoice and be overjoyed also during the revelation of his glory.

„Tot zover moogt gij komen, en niet verder.” — Job 38:11
“This far you may come, and no farther.” —Job 38:11

Welnu, de basis was het voortreffelijke voorbeeld van zijn liefdevolle Vader Jehovah, want in Matthéüs 5:45 staat: „Opdat gij er blijk van moogt geven zonen te zijn van uw Vader, die in de hemelen is, want hij laat zijn zon opgaan over goddelozen en goeden en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.”
Well, the basis was the fine example of his loving Father, Jehovah, for Matthew 5:45 says: “That you may prove yourselves sons of your Father who is in the heavens, since he makes his sun rise upon wicked people and good and makes it rain upon righteous people and unrighteous.”

+ Gij moogt niet partijdig zijn,+ noch steekpenningen aannemen, want steekpenningen verblinden de ogen der wijzen+ en verdraaien de woorden der rechtvaardigen.
+ You must not be partial+ or accept a bribe, for the bribe blinds the eyes of wise ones+ and distorts the words of righteous ones.