rots in de branding oor Engels

rots in de branding

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

tower of strength

naamwoord

voorbeelde

Hij was altijd de rots in de branding geweest, de kostwinner.
He'd always been the rock, the provider.

Charley Paz, dat je mijn rots in de branding en adviseur bent.
Charley Paz for being my steady rock and advisor.

Hij was altijd de rots in de branding geweest, de kostwinner.
He’d always been the rock, the provider.

Clay was commissaris Clay McKinnon, Sophies man en een rots in de branding.
Clay was police chief Clay McKinnon, Sophie’s husband and a rock under pressure.

Ze is hun anker en rots in de branding.
She is their anchor and their rock.

Alistan was de beste zwaardvechter van het koninkrijk, de rots in de branding waarop onze koning steunde.
Alistan was the finest swordsman of the kingdom, the rock on which our most dear king relied.

Shona’s vader was niet bepaald een rots in de branding geweest.
Shona’s father had not been a tower of strength.

In de dagen die volgden, was Martin een rots in de branding geweest.
During the dreadful days that followed, Martin was a tower of strength.

Hij was niet meer Nate, mijn rots in de branding, hij was de man die me had bedrogen.
He wasn’t Nate, my rock, he was a man capable of betrayal.

Mijn rots in de branding.
My rock in these troubled times.

‘Ze is erg sterk... een rots in de branding en nu voor de eerste keer gelukkig.
“She is very strong . . . a tower of strength [and] happy now for the first time.

‘Goddank is mama zo’n rots in de branding.
“Thank God Mom is such a tower of strength.

Peter was altijd haar rots in de branding geweest, de veilige mannenfiguur in haar leven.
Peter had always been her anchor, the safe male figure in her life.

Een moeder was als een rots in de branding, en ze zou altijd aan zijn zijde staan.
A mother was a lighthouse in a storm, and she would stand with him always.

Toen Martha stierf, was Kenyon voor Spence een rots in de branding geweest.
When Martha died, Kenyon was Spence’s rock.

In een voortdurend veranderende wereld stond deze fabriek als een rots in de branding.
In a changing world, this plant was a bedrock.

Hoe Jim zich tegenover mij ook gedroeg, hij was mijn houvast, mijn rots in de branding.
Jim, regardless of his behavior toward me, was my touchstone.

Destiny is altijd als een rots in de branding geweest.’
Destiny’s always been a rock.”

Het heeft te lang geduurd en zij is mijn rots in de branding.
It has been too many days, and she is my rock.

U bent altijd een rots in de branding geweest voor mij en mijn gezin.’
You have always been a rock of support for me and my family.’

Gedurende die hele, vreselijke nachtmerrie was hij een rots in de branding geweest.
Throughout the whole, dreadful nightmare he had been a pillar of strength.

Nelson was de rots in de branding geweest waarop hij altijd had kunnen bouwen.
Nelson was the rock on which he always relied.

Hij was haar rots in de branding, haar beschermer, haar held om wat hij voor haar had doorstaan.
He was her rock, her protector, her hero because of what he'd gone through for her.

We waren elkaars rots in de branding.
We were each other's shelter from the storm.

Caroline was een rots in de branding, terwijl Elizabeth het kolkende water was geweest.
If Caroline was a rock jutting out of turbulent water, Elizabeth had been the water itself.