voegzaam oor Engels

voegzaam

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

suitable

adjektief

proper

adjektief

decent

adjektief

fitting · seemly · apposite · appositely · handy · advantageous · apt · comfortable · convenient · expedient · opportune · useful · adequate · applicable · due · appropriate · right · becoming · of use

voorbeelde

Zoo ik slechts eenigszins voegzame kleeding had, ging ik tot mademoiselle Mars, die mij kent en mij zeer genegen is.
If I had a coat of any sort, I would go and see Mademoiselle Mars, who knows me and is very fond of me.

Zekere kleine voegzaamheden, zekere bijzondere aangenomen gebruiken waren door Cosette niet in acht genomen.
Certain little proprieties, certain special conventions, were not observed by Cosette.

Hij heeft nederige mensen gevonden die, als de voegzame klei van de pottenbakker, niet geweigerd hebben zich naar zijn wil te laten vormen.
He has found humble people who, like the potter’s malleable clay, have not refused to be shaped according to his will.

Samen met je zuster, uitermate voegzaam, de normaalste zaak van de wereld.
With your sister, perfectly proper, the most usual thing in the world.

Terwijl de klokken nog steeds luiden wordt het pauselijke lichaam overgebracht naar de balsemers zodat het een voegzaam voorwerp wordt voor de aanbidding van de gelovigen.
while the bells are still ringing the pontifical body will be handed over to the embalmers so that it may be a seemly object for the veneration of the faithful.

Van voegzaam fortuin, persoon en leeftijd, ja.
Of suitable fortune, person, and age, yes.

„En hier is mijnheer Micawber zonder eenige voegzame betrekking of bezigheid.
‘And here is Mr Micawber without any suitable position or employment.

Alleen de Thénardier’s waren uit voegzaamheid en nieuwsgierigheid in de kamer gebleven.
The Thénardiers alone out of propriety and curiosity had remained in the room.

Alleen de Thénardier’s waren uit voegzaamheid en nieuwsgierigheid in de kamer gebleven.
The Thénardiers alone remained in the room, through politeness and curiosity.

Hij wilde meer dan de voegzaamheid van een vrouw die geen keus had.
He wanted something more than the compliance of a woman who had no choice in the matter.

Ik wilde door kruising met haflingers een taaie en voegzame bergpony fokken.
By crossing with Haflingers I wanted to breed a tough and modest mountain pony.

Hij had bijna Kora verzocht hem te vergezellen, maar hij had het niet voegzaam gevonden voor zijn waardigheid.
He had almost invited Cora to accompany him to Sais, but did not think it suited to his dignity.

‘Ik denk dat jouw opmerkingen – en de voegzame woorden van meneer Zhi – precies waren wat wij moesten horen.’
“I think your comments – and those apposite utterings of Mr Zhi – were just what we needed to hear.”

Al deze jaren was Emily immers een voegzame, kwetsbare ziel geweest, eeuwig op de vlucht...
When all these years Emily had been the pliant, vulnerable soul, the fugitive ...

Ik ben erg voegzaam.
I'm very pliable.

Het is evenwel niet voegzaam dat de Verspijsde dit offer voltrekt, zolang zij nog een kind is.
Now it is not fitting that the Eaten One while yet a child should undertake this duty.

Zekere kleine voegzaamheden, zekere bijzondere aangenomen gebruiken waren door Cosette niet in acht genomen.
Certain little proprieties, certain special conventionalities, were not observed by Cosette.

Voegzaam als altijd.
As apposite as ever.

‘Nee, het leek me gewoon even voegzaam.
“No, it just seemed momentarily apposite.

aanzienlijk; betamelijk; decent; deftig; deugdzaam; eerbaar; eerzaam; fatsoenlijk; fier; gepast; geschikt; gevoeglijk; geëigend; hebbelijk; indrukwekkend; keurig; majestueus; manierlijk; naar behoren; netjes; nobel; ordentelijk; parmant; parmantig; passend; plechtig; plechtstatig; statig; trots; voegzaam; vorstelijk; welgevoeglijk; welvoeglijk; zedig
applicable; apposite; appropriate; apt; aristocratic; as it should be; becoming; befitting; civil; clean; decent; distinguished; eminent; fair; fitting; grand; high-bred; honest; lofty; majestic; majestically; neat; pompous; prominent; proper; properly; relevant; reputable; respectable; right; seemly; solemnly; suitable; suitably; virtuous; worthy

aanzienlijk; betamelijk; billijk; decent; deftig; deugdzaam; eerbaar; eerzaam; fatsoenlijk; fier; gepast; geschikt; gevoeglijk; geëigend; hebbelijk; indrukwekkend; majestueus; manierlijk; naar behoren; netjes; nobel; ordentelijk; parmant; parmantig; passend; plechtig; plechtstatig; redelijk; schappelijk; statig; trots; voegzaam; vorstelijk; welgevoeglijk; welvoeglijk; zedig correct
applicable; apposite; appropriate; apt; aristocratic; as it should be; becoming; befitting; clean; decent; distinguished; eminent; fair; fitting; grand; high-bred; honest; lofty; majestic; majestically; moderate; neat; pompous; prominent; proper; properly; reasonable; relevant; reputable; respectable; right; seemly; solemnly; suitable; suitably; tolerable; virtuous; worthy

waarde; nut; profijt; baat; winst; gewin; verleidelijkheid; begeerlijkheid; geschiktheid; wenselijkheid; raadzaamheid; voegzaamheid; beleefdheid; decorum; betamelijkheid; beschaafdheid; welgemanierdheid; fatsoen; fatsoenlijkheid; gevoeglijkheid; gepastheid; netheid; eerbaarheid; keurigheid; kiesheid; ordelijkheid; onberispelijksustantivo
value; usefulness; benefit; profit; use; advantage; gain; earnings; yield; winning; output; economy; good breeding; manners; gallantry; gentility; respectability; tidiness; orderliness; neatness; spotlessness; perfection; impeccability; mirth; pleasure; joy; purity; soundness; merriment; stainlessness; light-heartedness; faultlessness; the benefit; the profit; the use

aanzienlijk; betamelijk; billijk; deftig; deugdzaam; eerzaam; fatsoenlijk; fier; gepast; geschikt; gevoeglijk; geëigend; hebbelijk; indrukwekkend; keurig; majestueus; naar behoren; netjes; nobel; ordentelijk; parmant; parmantig; passend; plechtig; plechtstatig; redelijk; schappelijk; statig; trots; voegzaam; vorstelijk; welgevoeglijk; welvoeglijk; zedig
agreeable; becoming; befitting; blameless; chivalrous; civil; clean; correct; courteous; decent; dignified; fair; faultless; fine; fitting; genial; good-natured; great; honest; honorable; honourable; impeccable; impressive; neat; perfect; pleasant; pristine; proper; properly; pure; reasonable; reputable; respectable; tidy; tolerable; virginal; virtuous; well-mannered; worthy

fitting → bruikbaar, geschikt, doelmatig, gemakkelijk, gepast, passend, betamelijk, toepasselijk, behoorlijk, fatsoenlijk, keurig, voegzaam, welvoeglijk
use, suitable, appropriate, apt, due, expedient, right, fitting, applicable, becoming, seemly, proper, decent, adequate, reasonable, prudent, sensible, judicious, sound, wise

proper → verzorgd, netjes, fatsoenlijk, bruikbaar, geschikt, doelmatig, gemakkelijk, gepast, passend, betamelijk, toepasselijk, behoorlijk, keurig, voegzaam, welvoeglijk, accuraat, nauwgezet, nauwkeurig, prompt, stipt, zorgvuldig, punctueel, goed, juist, recht, verstandig, vroed, wijs
convenable → of use, suitable, appropriate, apt, due, expedient, right, useful, fitting, applicable, convenient, handy, opportune, advantageous, comfortable, becoming, seemly, proper, decent, adequate, congruent suitable; proper; effective; efficient; fit