equipollent oor Nederlands

equipollent

adjektief, naamwoord

having equal power or force

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

equivalent

adjektief

Equal in power, effect, etc.

Gelijk in kracht, effect, enz.

gelijkwaardig

adjektief

Equal in power, effect, etc.

Gelijk in kracht, effect, enz.

soortgelijk

adjektief

Equal in power, effect, etc.

Gelijk in kracht, effect, enz.

voorbeelde

Does it consider the terms "equivalence" and "equipollence" to be synonymous?
Beschouwt zij de Italiaanse termen "equivalenza" en "equipollenza" als synoniemen?

For some 15 years, notwithstanding the most varied efforts, and despite agreements already in place between Member States, the same universities that encourage students to attend French centres of learning have refused to recognise the equipollence/equivalence (are the two terms synonymous?)
Inmiddels is het bijna 15 jaar later en, ondanks allerlei pogingen en ondanks afspraken tussen de lidstaten van de Gemeenschap, weigeren dezelfde universiteiten die jongeren uitnodigen om te gaan studeren aan een Franse universiteit, nog steeds de in Frankrijk behaalde titel te homologiseren.

If you communicate this way you communicate in an equipollent way with others, even with your fellow man.
Als je op deze manier communiceert ga je op een gelijkwaardige manier met anderen om en ook met andere mensen.

Equipollent. Pure self-determination.
Pure zelfbeschikking.

The thought of three individuals in independent, equipollent unity seemed a fine conclusion to me as well.
Drie individuen in onafhankelijke, gelijkwaardige eenheid leek me als afsluiting ook een mooie gedachte.

Divorced and re-married Catholics remain, in the eyes of the church, not equipollent believers.
Gescheiden en hertrouwde katholieken blijven in de ogen van de kerk onvolwaardige gelovigen.