niece oor Nederlands

niece

/niːs/ naamwoord

A daughter of someone’s sibling, brother-in-law, or sister-in-law; either the daughter of one's brother ("fraternal niece"), or of one's sister ("sororal niece").

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

nicht

naamwoord vroulike

fraternal or sororal niece

I have a niece. She goes to the same school as Mary.
Ik heb een nichtje. Ze gaat naar dezelfde school als Maria.

nichtje

naamwoord onsydig

fraternal or sororal niece

I have a niece. She goes to the same school as Mary.
Ik heb een nichtje. Ze gaat naar dezelfde school als Maria.

oomzegger

naamwoord

neef

naamwoord manlike

You are good to your niece
U bent goed voor uw neef

Soortgelyke frases

grand‐niece
achternicht

grand-niece
achternicht

great-niece
achternichtje

nieces
nichten

nephew or niece
neef of nicht

voorbeelde

In fact my... my niece begged me to come to her!
Mijn... mijn nichtje heeft me zelfs gesmeekt om bij haar de kerst door te brengen!

My niece’s position in my life is unassailable,’ Antonio spelt out with cold clarity.
Over de positie van mijn nichtje in mijn leven valt niet te discussiëren,’ legde hij haar koel uit.

‘As well as the Duchess of Kendal and her nieces.’
‘Alsook de hertogin van Kendall en haar nichten.’

Even the old man kept a better house than his niece.
Die ouwe hield de boel nog beter schoon dan zijn nichtje.

And you take my niece Jada to see " The wizard of Oz. "
En jij neemt mijn nichtje Jaden mee naar " De wizard of Oz. "

“You want me to trade my fiancée for my niece?
‘Wil jij mijn verloofde voor mijn nichtje inruilen?

I knew she wasn’t that guy’s niece!
Ik wist dat ze niet de nicht van die man was!

“I am Prometheus, and I do not have a niece.
‘Ik ben Prometheus en ik heb geen nicht.

Captain, didn't he just possibly turn your niece?
Heeft hij niet net mogelijk jouw nichtje veranderd?

At the beginning of summer, Liz had discovered she had two nieces she hadn’t known about.
In het begin van de zomer was Liz erachter gekomen dat ze twee nichtjes had van wie ze het bestaan niet had geweten.

My niece must come with me.
Mijn nicht zal met me mee moeten komen.

I won't let that witch get her hands on my niece, which means we're gonna have to do this the hard way.
Ik gun die heks mijn nichtje niet... wat betekent dat we de moeilijke weg kiezen.

She had Ted, and her sister, her father, her darling nieces . . . so many people she loved and who loved her.
Ze had Ted, en haar zus, haar vader, haar lieve nichtjes... heel veel mensen van wie zij hield en die van haar hielden.

You didn’t say how your niece was spared that day while your sister was killed.”
Je hebt niet verteld dat je nichtje gespaard is gebleven, die dag dat je zus is vermoord.’

"""About a dozen nieces and nephews."""
‘Een stuk of tien neven en nichten.’

“You don’t have any nieces or nephews, right?”
‘Je hebt geen neefjes of nichtjes, hè?’

I have a hard evening’s work ahead of me just when I was going to take my niece for a drink and a dance.”
Ik zal nu nog de hele avond hard moeten werken, terwijl ik met mijn nichtje wat had willen drinken en dansen.’

Persons shall be deemed to be members of the same family only if they stand in any of the following relationships to one another: (i) husband and wife, (ii) parent and child, (iii) brother and sister (whether by whole or half-blood), (iv) grandparent and grandchild, (v) uncle or aunt and nephew or niece, (vi) parent-in-law and son-in-law or daughter-in-law, (vii) brother-in-law and sister-in-law (OJ L 253, 11.10.1993, p.
Personen worden slechts geacht leden te zijn van dezelfde familie indien zij op een van de volgende wijzen met elkaar bloed- of aanverwant zijn: i) echtgenoot en echtgenote, ii) ouder en kind, iii) broer en zuster (of halfbroer en halfzuster), iv) grootouder en kleinkind, v) oom of tante en neef of nicht (oomzeggers), vi) schoonouder en schoondochter of schoonzoon, vii) zwager en schoonzuster (PB L 253 van 11.10.1993, blz.

There they were at his niece’s birthday, at his sister’s wedding.
Daar waren ze op de verjaardag van zijn nichtje, op de bruiloft van zijn zus.

So when Mattie Sue was born, it broke Rose’s heart to think she wouldn’t see her new niece very often.
Dus toen Mattie Sue was geboren, was Rose diepbedroefd dat ze haar nieuwe nichtje niet zo vaak zou zien.

“There’s a policewoman who’d like to talk to your niece.
‘Er is een politievrouw die uw nichtje graag zou willen spreken.

“You can’t get enough of your niece and your nephews.
‘Je bent stapelgek op je nichtje en neefjes.

Possibly it is too soon to invite him to my niece’s recital; too family-ish, too connected.
Misschien is het te snel om hem nu al uit te nodigen voor het recital van mijn nichtje; te familieachtig, te close.

My niece.
M'n nichtje.

“Well, Gordy, I'm glad yer father had the foresight to marry ye off to the Earl of Basildon's niece.
"""Nou Gordy, ik ben blij dat je vader zo'n vooruitziende blik heeft gehad om je met Basildons nicht te laten trouwen."