nondescript oor Nederlands

nondescript

/nɑndəsˈkrɪpt/, /ˈnɒndɪskɹɪpt/ adjektief, naamwoord

(biology, now rare) Not described (in the academic literature); undescribed, unidentified.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

onbepaald

adjektief

vaag

adjective verb

onbeduidend

adjektief

Take your nondescript leftovers and get upstairs right now.
Neem je onbeduidende restjes mee en ga naar boven nu.

voorbeelde

I mean, they've been playing the same nondescript, soft, generic jazz for two straight hours.
Ze spelen dezelfde nietszeggende, zachte, karakterloze jazz... nu al twee uur lang.

Without his cap and duffel coat he might even be described as nondescript.
Zonder zijn pet en zijn duffelse jas zou hij als onopvallend kunnen worden omschreven.

A... nondescript hallway.
Een niet te beschrijven gang.

"""Your car's pretty nondescript."
‘Jouw auto is niet erg opvallend.

Do you think I advise a nondescript appearance because I'm a bloody conservative?
Dacht je dat ik je een onopvallend uiterlijk adviseer omdat dat keurig en behoudend is?

Above the bed, a nondescript landscape painting, a trio of three-masted schooners with billowing sails.
En boven het bed een onopvallend schilderijtje, drie driemasters met opbollende zeilen.

At a quarter to eleven we arrive at the last station in Hungary, a nondescript place called Zahony.
Om kwart voor elf komen we aan op het laatste station in Hongarije, een nietszeggend plaatsje dat Zahony heet.

I notice the carpet is thick and lush and the voices are very low; some nondescript music is meandering around the room.
Ik merk dat het tapijt dik en weelderig is en de stemmen heel laag; nietszeggende muziek dwaalt de kamer rond.

She was bare-legged; her feet were stuck into a pair of terrycloth slippers of a nondescript color.
Ze had blote benen en haar voeten waren gestoken in een paar badslippers van een onbestemde kleur.

A few minutes later Omar parked outside a nondescript storefront.
Een paar minuten later parkeerde Omar de auto voor een onopvallende winkel.

Nondescript, that is, until you saw his eyes.
Onopvallend, ja, totdat je zijn ogen zag.

Beneath a nondescript church, at a minor abbey, with no connection to the Order.”
Onder een onbekende kerk, bij een kleine abdij, zonder enige connectie met de orde.’

THE HEADQUARTERS OF Newhouse International was a nondescript two-story sprawl of a building in Stamford.
Het hoofdkantoor van Newhouse International was een non-descript gebouw van twee verdiepingen hoog in Stamford.

Spot was a stout dog of nondescript breed.
Spot was een grote hond van een niet nader te beschrijven ras.

It was nondescript—cheap stock, gray, the name and address and two phone numbers.
Het was een nietszeggend kaartje – goedkoop, grauw papier, met de naam, het adres en twee telefoonnummers.

In a nondescript restaurant she sat down to have a sandwich.
In een onopvallend restaurant streek ze neer voor een sandwich.

It is never an ordinary, nondescript place.
Het is nooit een gewone, niet nader aangeduide plaats.

They just hung there: a bit crumpled, a bit baggy, but otherwise immaculate; nondescript, really.
Die hing daar gewoon boven, een beetje verkreukt, een beetje puilend, verder smetteloos, dus eigenlijk onopvallend.

Mousy, nondescript hair of average length.
Muizig, non-descript haar met een alledaagse lengte.

Both lines looked a bit thin and nondescript, so she went back over them and fattened them up.
Beide lijnen zagen er een beetje iel en nietszeggend uit, dus maakte ze ze wat dikker.

Outside, there was a nondescript black sedan waiting.
Buiten stond een onopvallende zwarte sedan.

The place where he had crawled out of his mother’s womb on a nondescript Sunday morning some thirty years ago.
Hier was hij ruim dertig jaar geleden op een onbeduidende zondagmorgen uit zijn moeder gekropen.

Paul, Wes, Steve, the man always went by some nondescript name.
Paul, Wes, Steve, de man had altijd een onopvallende naam.

I went into the bathroom and showered, then dressed in the new, nondescript clothing I’d bought.
Ik ging onder de douche en trok na een grondige afspoeling de nieuwe, wezenloze kleren aan die ik gekocht had.

The car was nondescript, one of thousands of vehicles on the move through the city.
De auto was onopvallend, een van de duizenden in de stad.