franda oor Nederlands

franda

Vertalings in die woordeboek Esperanto - Nederlands

lekker

adjektief

aanlokkelijk

voorbeelde

Li certe ne serĉas manĝaĵon ĉi-supre, krom se ekzistas iu roko, kiun li frandas.
Hij kan hierboven niet naar voedsel aan het zoeken zijn, tenzij er een of andere steensoort is waar hij van houdt.

Ne frandu inter la manĝoj.
Snoep niet tussen de maaltijden.

Liaj gepatroj ekspluatis librovendejon, kio ebligis lin (kaj lian fratinon) jam ekde junaĝo frandi de la monda literaturo.
Zijn ouders hadden er een katholieke boekhandel, wat hem (en zijn zus) in staat stelde al op jonge leeftijd van de wereldliteratuur te lezen.

Mi malpli frandas.
Ik verminder de hoeveelheid zoetjes.

Akvomelono gustas frande en varmega tago.
Watermeloen smaakt heerlijk op een hete dag.

Mi ne nur konsilis al ŝi, mi ankaŭ frandis ŝian kacingon.
Ik heb haar niet alleen raad gegeven, maar ook gebeft.

Julla tuj komencis frandi ̧in, kaj tiam Emilo sentis, ke ankaû li malsatas.
Jullan begon er meteen aan te knabbelen, en toen merkte Emiel dat hij zelf ook honger had.

Mi pli frando ol viando, sed ne eblas veni min!
Ik ben veel zoeter dan ander vlees, toch kunnen ze mij niet vinden!