Elektronegativiteit oor Engels

Elektronegativiteit

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

electronegativity

naamwoord

chemical property that describes the tendency of an atom or a functional group to attract electrons (or electron density) towards itself

elektronegativiteit

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

electronegativity

naamwoord

voorbeelde

Door de hoge ionisatiepotentiaal en een elektronegativiteit van vrijwel nul wordt een reactiviteit van nul komma niks verwacht.
Their high ionization energy and almost zero electron affinity explain their non-reactivity.

In de scheikunde, is formele lading (formal charge, FC) de lading die aan een atoom in een molecuul of samengesteld ion wordt toegekend met als uitgangspunt dat elektronen in een chemische binding gelijkwaardig worden gedeeld door de atomen, zonder rekening te houden met verschil in elektronegativiteit.
In chemistry, a formal charge (FC) is the charge assigned to an atom in a molecule, assuming that electrons in all chemical bonds are shared equally between atoms, regardless of relative electronegativity.

Hoe hoger de elektronegativiteit, hoe sterker een element elektronen aantrekt.
The higher its electronegativity, the more an element attracts electrons.

Door het verschil in elektronegativiteit tussen jood en chloor is ICl een polaire verbinding die zich gedraagt als een bron van I+ (jodonium-ionen).
Because of the difference in the electronegativity of iodine and chlorine, ICl is highly polar and behaves as a source of I+.

Elementen in dezelfde periode vertonen trends in atoomstraal, ionisatiepotentiaal, elektronenaffiniteit en elektronegativiteit.
Elements in the same period show trends in atomic radius, ionization energy, electron affinity, and electronegativity.

Van links naar rechts in een periode stijgt de elektronegativiteit.
As one progresses from left to right across a period, the electron affinity will increase.

De trifluormethylgroep heeft een hoge elektronegativiteit, die doorgaans gesteld wordt op een waarde tussen die van fluor zelf en chloor.
The trifluoromethyl group has a significant electronegativity that is often described as being intermediate between the electronegativities of fluorine and chlorine.

Elementen in de vierde periode meteen na de eerste rij van de overgangsmetalen, hebben bijzonder kleine atoomstralen omdat de 3d-elektronen de toenemende lading van de atoomkern niet goed kunnen afschermen, en kleinere atoomgrootte hangt samen met hogere elektronegativiteit.
Elements of the fourth period immediately after the first row of the transition metals have unusually small atomic radii because the 3d-electrons are not effective at shielding the increased nuclear charge, and smaller atomic size correlates with higher electronegativity.

Hoe groter het verschil in elektronegativiteit, hoe negatiever en positiever de atomen worden.
The larger the difference in the electronegativities, the more negative and positive the atoms become.

De eigenschappen van de binding zijn voor een groot deel toe te schrijven aan de hoge elektronegativiteit van fluor.
They are generally very strong because of the high electronegativity of fluorine.

In HSAB-termen reageert het harde zuur, het carbokation, met de harde base (hogere elektronegativiteit), in een SN2-reactie reageert een tetravalent koolstofatoom (zacht zuur) met de zachte base.
This rule (established in 1954) predates HSAB theory but in HSAB terms its explanation is that in a SN1 reaction the carbocation (a hard acid) reacts with a hard base (high electronegativity) and that in a SN2 reaction tetravalent carbon (a soft acid) reacts with soft bases.

De elektronegativiteit stijgt op dezelfde manier als de ionisatiepotentiaal door de aantrekkingskracht van de kern op de elektronen.
Electronegativity increases in the same manner as ionization energy because of the pull exerted on the electrons by the nucleus.

Elementen in dezelfde groep neigen tot het vertonen van patronen in atoomstraal, ionisatiepotentiaal en elektronegativiteit.
Elements in the same group tend to show patterns in atomic radius, ionization energy, and electronegativity.

In het waterstofmolecuul hebben de twee pijlen dezelfde lengte omdat beide atomen dezelfde elektronegativiteit hebben.
In the hydrogen molecule, the two arrows are the same length because both atoms have equal electronegativities.

Ten gevolge van de lage elektronegativiteit van titanium is de Ti-C-binding sterk gepolariseerd: koolstof is sterk negatief gepolariseerd.
Due to the low electronegativity of titanium, Ti-C bonds are polarized toward carbon.

Ten gevolge van de hoge elektronegativiteit van de trifluormethylgroep, is deze verbinding, vergeleken met ethanol, een veel sterker zuur.
Due to the electronegativity of the trifluoromethyl group, this alcohol exhibits a stronger acidic character compared to ethanol.

Hoe lager de waarden van de ionisatiepotentiaal, de elektronegativiteit en de elektronenaffiniteit zijn, hoe metallischer het karakter van een element is.
The lower the values of ionization energy, electronegativity and electron affinity, the more metallic character the element has.

Elektronegativiteit geeft hierop het antwoord.
Electronegativities provide the answer.

Het verschil in elektronegativiteit tussen zwavel (2,58) en waterstof (2,20) is relatief klein, waardoor waterstofbindingen relatief zwak zijn.
The difference in electronegativity between sulfur (2.58) and hydrogen (2.20) is small and therefore hydrogen bonding in thiols is not prominent.

Gallium en germanium hebben een hogere elektronegativiteit dan respectievelijk aluminium en silicium, door d-blok-contractie.
Gallium and germanium have higher electronegativities than aluminium and silicon, respectively, because of the d-block contraction.

De abnormaal hoge elektronegativiteit van lood, vooral vergeleken met thallium en bismut, lijkt een artefact van dataselectie (en databeschikbaarheid) – berekeningsmethodes anders dan de Pauling-methode tonen een normale periodieke trend voor deze elementen.
The anomalously high electronegativity of lead, in particular when compared to thallium and bismuth, appears to be an artifact of data selection (and data availability)—methods of calculation other than the Pauling method show the normal periodic trends for these elements.

Blader terug naar hoofdstuk 14 voor een bespreking van elektronegativiteit en de polaire covalente binding.
Refer to Chapter 14 for a discussion of electronegativities and polar covalent bonding.

De elektronegativiteit van atomen hangt af van het atoomnummer en van de afstand tussen de valentie-elektronen en de kern.
An atom's electronegativity is affected by both its atomic number and the distance between the valence electrons and the nucleus.

Ten gevolge van het grote verschil in elektronegativiteit van koolstof (2,55) en lithium (0,98) is de C-Li binding sterk gepolariseerd.
Due to the large difference between the electronegativities of carbon (2.55) and lithium (0.98), the C-Li bond is highly polarized.

In het algemeen stijgt de elektronegativiteit van links naar rechts in een periode en daalt ze van boven naar onder in een groep.
In general, electronegativity increases on passing from left to right along a period, and decreases on descending a group.