little bell oor Nederlands

little bell

Small bell.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

bel

naamwoord manlike

I've bought a little bell to put beside my bed.
Ik heb een bel gekocht die ik naast m'n bed zet.

belletje

naamwoord onsydig

Small bell.

I do hope you're not gonna break my little bell.
Ik hoop dat je mijn kleine belletje niet stuk maakt.

klokje

naamwoord onsydig

Left auricle... with a pendant little bell at the end.
De linkeroorschelp met een klein klokje aan het uiteinde.

voorbeelde

After five years or so, a little bell finally starts ringing inside Parsifal’s hollow skull.
Na een jaar of vijf gaat er eindelijk een belletje rinkelen in die holle schedel van Parsifal.

She acted with more persuasive means—she rang her little bell, slowly, calmly, uninterruptedly, endlessly.
Zij trad op met overtuigender middelen: ze luidde haar bel. langmam, rustig. ononderbroken. eindeloos.

The church had those sweet little bells, you know?
De kerk had van die lieve klokjes, weetje wel?

If I move, my parents will hear the little bells ring.
Zodra ik beweeg, horen mijn ouders in de bijkeuken de belletjes rinkelen.

The Old Man scratched his head when he read and rang a little bell for the steward.
De 'Ouwe' krabde zich op zijn hoofd toen hij het las en drukte op een belletje voor de hofmeester.

He rose and shook a little bell and two soldiers came in.
Hij stond op, schudde aan een belletje en twee soldaten kwamen binnen.

Finally he went to the door of the sacristy and rang the little bell that always hangs there.
Tenslotte ging hij naar de deur van de sacristie en luidde de kleine bel, die daar nog steeds hangt.

It did not sound like the little bells of the traders.
Het klonk helemaal niet als de kleine belletjes van de handelaars.

They were little bells struck to singing, it seems, by air itself.
Het waren kleine klokjes die, zo leek het, door de lucht zelf werden geluid.

What a novel idea, that little bell.
Wat een prachtig idee toch, dat belletje.

They are escorted by a number of dogs, each with a little bell tied around its neck.
Zij hebben een aantal honden bij zich, elk met een belletje om de nek gebonden.

You give them shiny jewellery with little bells that tinkle when they’re dancing.
Je geeft ze verzilverde juwelen met belletjes die rinkelen wanneer ze ermee dansen.

Downstairs I heard Amu finishing her night prayers, ringing her little bell.
Beneden hoorde ik Amu bidden, het rinkelen van haar bel.

Got little bells on them.
Ze hebben kleine belletjes er aan vast.

"A little bell rang, then the elevator said, ""Yonjusan kai ."""
Er rinkelde een belletje, toen zei de lift: ‘Yonjūsan-kai’.

Have you really convinced Clive's family you're to deliver yourself of another little Bell?
Heb je Clive's familie overtuigd dat je nog een kleine Bell baart?

That's like a little bell.
Het is juist zoals een belletje.

Little bells dangled from the horse's neck and jingled with each step.
Belletjes bengelden om de hals van het paard en rinkelden bij elke stap.

The sight and sound of those little bells.
Het zien en horen van die belletjes.

She heard the little bell tinkle as her children came in.
Ze hoorde het winkelbelletje tinkelen toen de kinderen binnenkwamen.

I have a little bell here that I ring when I'm ready to close.
Ik heb hier een belletje, dat ik laat rinkelen als ik klaar ben om te sluiten.

I was wearing my sweater with the little bells on it.
Ik droeg mijn trui met die belletjes.

It was just a question of time until the little bells started ringing.’
Het was een kwestie van tijd voor de belletjes zouden gaan rinkelen.’

They' re all ringing little bells
Ik begrijp het

Well, actually, once there was this little bell and what it did was it made people laugh
Nou, eerlijk gezegd, er was eens een belletje die ervoor zorgde dat mensen gingen lachen