north pole oor Nederlands

north pole

/ˌnɔːθ ˈpəʊl/ naamwoord

The northernmost point on celestial bodies other than Earth.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

noordpool

naamwoord manlike

positive pole of a magnetic dipole

Santa doesn't live at the North Pole, but in Finland.
De Kerstman woont niet op de Noordpool, maar in Finland.

North Pole

eienaam, naamwoord

(geography) The northernmost point on Earth, the point of latitude 90°.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

Noordpool

naamwoord manlike

northernmost point on Earth

Santa doesn't live at the North Pole, but in Finland.
De Kerstman woont niet op de Noordpool, maar in Finland.

North Pole

North Pole, Alaska

Her funeral services in Florida were tied in with the North Pole Congregation.
Haar begrafenisdienst werd in Florida gehouden en er was een telefoonverbinding met de gemeente North Pole.

noordpool

naamwoord manlike

Santa doesn't live at the North Pole, but in Finland.
De Kerstman woont niet op de Noordpool, maar in Finland.

voorbeelde

Mm-hmm. Use your North Pole magic to give me that life!
Gebruik je Noordpool-magie en geef me dat leven.

The room is more Christmassy than the North Pole.
Het is hier kerstachtiger dan op de Noordpool.

May they freeze their asses off in the North Pole.
Moge ze doodvriezen op de Noordpool.

And I've just returned from the North Pole... where I was just resting.
En ik ben net terug van de noordpool... waar ik gewoon lag te rusten.

" Property of the North Pole? "
" Eigendom van de Noordpool? "

North Pole, Santa Claus, this train...... it' s all a bunch of humbug
De noordpool, de kerstman deze trein, het is allemaal onzin

He's got a wonderful back yard, that Dutchman—it stretches to the North Pole and the South.
Hij heeft een pracht van een achtertuin, die Hollander, hij strekt zich uit van de Noord- tot de Zuidpool.

Dad took me to the North Pole, and Larry showed me the workshop
Pap heeft me meegenomen naar de Noordpool

But this Brad you speak of called me all the way up at the North Pole.
Die Brad over wie je het hebt, belde me op de Noordpool op.

“Maybe you took it to the North Pole?”
‘Misschien heb je hem meegenomen naar de Noordpool’, zeg ik.

Santa lives at the north pole.
Die woont op de Noordpool.

‘He’s only takin’ a hike to the North Pole!’
‘Hij wil gewoon naar de Noordpool wandelen!’

We have to get back to the North Pole at once.
We moeten in één keer terug naar de Noordpool.

Does anyone actually know how to get to the North Pole?
Weet er eigenlijk wel iemand hoe we naar de Noordpool moeten komen?

“Not to El Dorado or the North Pole.
“Niet naar El Dorado, of naar de Noordpool.

I don't have to move to the North Pole.
Ik hoef niet naar de Noordpool te verhuizen.

At the North Pole
Op de Noordpool

She looks in the other direction, toward the North Pole only three or four hundred radii away.
Ze kijkt de andere kant op, naar de noordpool, die slechts drie- of vierhonderd radii ver weg is.

After six weeks we had sailed as far as from Copenhagen to the North Pole.”
Na zes weken hadden wij even ver gevaren als van Kopenhagen naar de noordpool.”

The North Pole!
De Noordpool!

or the North Pole...
of op de Noordpool...

‘Not the North Pole, Iceland.’
‘Niet naar de Noordpool, naar IJsland.’

One goes down and becomes the south pole and the other becomes the north pole.
De ene gaat naar beneden en wordt de zuidpool en de andere wordt de noordpool.

I think it' s the North Pole.- The stars that dot
Volgens mij is `t de Noordpool

The ring lay in a plane passing above our North Pole.
De ring lag in een vlak dat boven de Noordpool passeerde.