small beer oor Nederlands

small beer

naamwoord

Beer with a low alcoholic content

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

klein bier

something of little importance

That sounds rather small beer.
Dat klinkt als klein bier.

biertje

naamwoord onsydig

I won't turn out for small beer and biscuits, tell her.
Ik ga niet weg voor wat biertjes en koekjes, vertel haar dat maar.

tafelbier

naamwoord

voorbeelde

And Lamme drank his small beer with no pleasure.
En Lamme dronk zijn dun bier zonder genoegen.

Rejoice, my son, notwithstanding thy fish and thy small beer.
Verheug u, mijn vriend, niettegenstaande uwe visch en uw kort bier.

I found it odd but certainly tasty: better than small beer or watered wine.
Ik vond het vreemd, maar wel smakelijk; het was beter dan licht bier of waterige wijn.

But that's small beer compared to our public credibility.
Maar dat is nog niets bij het vertrouwen van ons publiek.

For the price of a small beer a Farmer will talk two hours on Dannerlings.
Voor de prijs van een kleintje pils zal een boer twee uur praten over Dannerlingen.

nor good dobbel-bier, nothing but biscuit and small beer.
noch goed dobbel bier; niets dan beschuit en kort bier.

Don't you think it's about time for a small beer?
Wordt het niet tijd voor een biertje?

He worked her free and spent days salving her wounds with small beer and bear fat.
Hij maakte haar los en was dagenlang bezig haar wonden in te smeren met slap bier en berenvet.

She ordered a small beer and laughed to herself.
Ze bestelde een biertje en lachte bij zichzelf.

So they need a little bite of bread in their cupboards, and a measure of small beer.
Dus moet er altijd een stuk brood voor hen klaarliggen in hun kast, en een kroes klein bier staan.

“Josua wishes to become man of business, not petty seller of small beer.
‘Josua wil een echte zakenman worden in plaats van een handelaartje in klein bier.

I am small beer compared with the Fourteen.
Ik ben maar een klein mannetje vergeleken bij de Veertien.

But Lamme said: “There is nothing at all left now but biscuit and small beer.”
Maar Lamme zeide: —Er blijft ons niets meer over dan beschuit en kort bier.

At least her butler still buys small beer from me for the servants’ hall.”
Haar butler koopt tenminste nog dun bier van me voor het personeelsvertrek.’

‘I’m afraid my doings are very small beer compared with yours.’
'Ik vrees dat mijn prestaties erg in het niet zinken vergeleken bij die van jou.'

‘Garon, prepare a tray with small beer and some honeycakes.
‘Garon, maak jij een dienblad met licht bier en wat honingkoekjes klaar.

Will you have a small beer?
Wilt u een biertje, inspecteur?

Let me assure you, it’s small beer.
Maar laat me u verzekeren, het is maar een kleinigheid.

Peter Fischer nods, says ‘Ja, ja,’ and drains his small beer.
Peter Fischer knikt, zegt: ‘Ja, ja,’ en slaat de kroes bier achterover.

Stubbies here are really short shorts or small beer bottles.
Peukies zijn hier heel korte korte broeken of kleine bierflesjes.

The food was good and drink likewise, even if the small beer was smaller than he’d have liked.
Hij kreeg goed te eten en te drinken, ook al was een kleintje bier kleiner dan hij zou willen.

But they were small beer—Karl had told him about them.
Maar dat waren onbelangrijke lui geweest — Karl had ze wel genoemd.

The servants would have drunk small beer.’
De bedienden dronken schraal bier.'

‘I’ll give you one small beer.’
‘Je kunt een klein biertje van me krijgen.’