lâcher prise oor Nederlands

lâcher prise

Verb

voorbeelde

Si vous ruminez depuis un certain temps, le moment est peut-être venu de lâcher prise.
Als je een tijdje piekert over een probleem, is dit misschien het goede moment om het te laten gaan.

Puis mon père me fit lâcher prise, s’excusant auprès de l’adolescente.
Toen was er mijn vader die me losmaakte van het meisje en zich bij de tiener verontschuldigde.

Donc j'ai décidé de lâcher prise.
Dus besloot ik om het los te laten.

Mais y a une différence entre laisser tomber et lâcher prise
Er is een verschil tussen opgeven en iets loslaten

China savait quand il fallait accepter de lâcher prise.
China wist wanneer hij een onderwerp moest laten rusten.

Il est temps de lâcher prise, Eric.
Het is tijd om los te laten, Eric.

Maintenant, aurais-tu l'obligeance de lâcher prise?
EN WIL JE NU ALSJEBLIEFT ZO VRIENDELIJK ZIJN OM LOS TE LATEN.

Parviendras-tu à lâcher prise?
Wil je leren dat te laten gaan?

Mais il fut impossible de lui faire lâcher prise et elle fut donc enterrée avec la tunique.
Het was niet mogelijk om de mantel van haar los te krijgen, dus werd ze ermee begraven.

Je veux l'aider à lâcher prise.
Ik help hem om dingen los te laten.

Plutôt que de lâcher prise ou de desserrer son étreinte, l’enfant serre les doigts de son père.
In plaats van los te laten of zijn greep te laten verslappen, zal het kind met zijn handje de vingers van zijn vader of moeder nog steviger omklemmen.

Il finira par lâcher prise, n'est-ce pas?
Hij komt er wel overheen, toch?

Dès que le mouvement est décodé, les adversaires se ruent sur le meneur pour lui faire lâcher prise.
Zodra ze de tactiek doorhebben, storten de tegenspelers zich op de aanvoerder om hem de bal af te pakken.

J'ai lâché prise.
Ik liet los.

Je ne suis juste pas prêt à lâcher prise.
Ik ben nog niet klaar om het los te laten.

Peut-être était-il temps de lâcher prise.
Misschien was het tijd om het los te laten.

Nous crûmes qu’elle allait lâcher prise ce soir-là quand, finalement, nous la ramenâmes à la maison.
We dachten dat we haar die avond, toen we haar eindelijk thuis hadden gekregen, kwijt zouden raken.

Le fait que, dès le premier soir, il l’avait rencontrée, elle, et avait osé lâcher prise.
Dat hij net op die eerste avond haar had ontmoet, dat hij los had durven laten.

Le morse a réussi à lui faire lâcher prise.
De walrus is ontsnapt.

Ou alors, c'est dû à ton incapacité à lâcher prise et engager un professionnel.
Dit gaat over het niet uit handen kunnen geven en een professional in te huren.

Parce que j'ai vraiment essayé de lâcher prise,
Ik heb echt geprobeerd dit alles op te geven

Avant que j’aie pu répondre, Janos me serre le poignet, cherchant à me faire lâcher prise.
Voordat ik kan antwoorden knijpt Janos in mijn pols en probeert mijn greep te breken.

Je lâche prise.
Ik laat het los.

C'est impossible de lâcher prise.
Het maakt afstand nemen onmogelijk.

Quelqu'un qui ne veut ou ne peut lâcher prise?
Iemand die het niet kan of wil loslaten.