dizer sim oor Nederlands

dizer sim

Vertalings in die woordeboek Portugees - Nederlands

ja zeggen

werkwoord

Ele já disse sim.
Hij heeft al ja gezegd.

toestemmen

werkwoord

Porque, se disser sim, pode estar arriscando sua vida.
Want als je toestemt, staat je leven op het spel.

beamen

werkwoord

Não lhes pedimos que digam "sim" a tudo o que nós dizemos.
We vragen u niet om steeds te beamen wat wij zeggen.

bevestigen · beweren · verzekeren

voorbeelde

Ao não resistir à resistência dele, há uma chance muito maior de que ele vá dizer sim.
Door zich niet tegen zijn weerstand te verzetten maakt u veel meer kans dat hij ja zegt.

Quando você fala " não " desse modo, quer dizer sim.
Al je op die manier nee zegt bedoel je ja.

Como pôde dizer " sim " para começar? !
Hoe kon je überhaupt ja zeggen?

Não tenhas medo de dizer "Sim."
Wees niet bang om in te stemmen.

Quer dizer, sim, é isso também, mas principalmente para preparar o inquérito.
Ik bedoel: dat natuurlijk ook, maar dan gaat het ons in de eerste plaats om bewijsmateriaal.

“Eu só quero que você me peça isso quando eu estiver pronta pra dizer sim.”
‘Ik wil dat je me vraagt als ik ja kan zeggen.’

Isso quer dizer " sim "?
Is dat een ja?

Gostaria de poder dizer sim
Ik wou dat ik kon zeggen van wel

Poderia dizer sim agora e depois recusar.
Misschien zeg ik nu ja en later nee.

Não... quero dizer... sim, quero falar com um policial.
‘Nee, ik bedoel ja, ik wil een politieagent spreken.’

Seria tão fácil lhe dizer sim.
Het zou zo gemakkelijk zijn om gewoon ja te zeggen.

Dizer sim a um instante... é dizer sim a toda a existência.
Ja zeggen tegen een moment... is ja zeggen tegen het hele bestaan.

Ela atendeu, cautelosa a princípio, mas então relaxou, limitando-se a dizer “sim” e assentir.
Ze nam aarzelend op, maar ontspande zich toen en zei steeds ‘ja’ en knikte.

Você tem que dizer " sim ".
Je moet'ja'zeggen.

Eu, vestido a rigor, a dizer " Sim, quero ", a Deus e todo o mundo?
Ik in een apenpakje die het jawoord geeft aan God en iedereen?

Quero dizer, sim.
Ik bedoel ja.

Quer dizer, sim..
Ik bedoel, ja tot...

O erótico tem que ver com dizer sim.
Bij erotiek draait het om accepteren.

Não ia dizer " sim tinha ", mas " também ele ".
Nee, ik bedoelde, " Zijn vrouw was óók adembenemend mooi. "

Felizmente, há uma jovem de cabelo loiro que adora dizer " sim ".
Toevallig ken ik een blonde deerne die geen nee kan zeggen.

Quero dizer, sim, isto é o exército, mas é a divisão de entretenimento.
Ik bedoel, ja, dit is het leger, maar dit is de entertainment divisie.

Quer dizer, sim...
Ik bedoel, ja...

Também eram educadas, jamais deixando de dizer “sim, senhora” e “não, senhora”.
Ze waren ook beleefd, en zeiden steeds ‘Ja, mevrouw’ en ‘Nee, mevrouw’.

Certifique-se de que eles ofereçam uma boa grana antes de dizer sim.
Zorg dat ze je flink wat geld bieden voordat je ermee instemt.’

Que tal tomar o caminho mais difícil e dizer sim?
Waarom neem je niet de moeilijke weg...En zeg je ja?