bank clerk oor Nederlands

bank clerk

naamwoord

an employee of a bank who receives and pays out money

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

bankbediende

naamwoord manlike

She was formerly a bank clerk.
Ze was vroeger bankbediende.

bankdirecteur

bankemployé

I contacted a young bank clerk and his wife.
Ik stelde mij in verbinding met een jonge bankemployé en zijn vrouw.

bankier

naamwoord manlike

bankmedewerker

I wouldn't say I'm a bank clerk, but I'm not much better.
Ik ben geen bankmedewerker, maar iets meer.

voorbeelde

‘The bank clerks can’t remember Nicky.
'De bankbedienden kunnen zich Nicky niet herinneren.

Murdered bank clerks don’t often qualify for a mention on public memorials these days.
Vermoorde bankbedienden komen tegenwoordig zelden in aanmerking voor vermelding op openbare gedenktekens.

The black banner headline screamed out at them: MISSING BANK CLERK FOUND AFTER 32 YEARS.
De krantekop over de hele pagina schreeuwde: SKELET VAN DOODGESCHOTEN BANKOVERVALLER NA 32 JAAR GEVONDEN.

You told those bank clerks your name.
Je noemde die bankbedienden je naam.

We watched as they paused beside the young bank clerk from Cologne we had met earlier.
We zagen hoe ze bleven staan bij een jonge bankemployé, die we eerder die dag hadden ontmoet.

The two movers began immediately to check the apartment while the bank clerk proceeded to debrief me.
De twee verhuizers begonnen meteen de flat te doorzoeken, terwijl de bankbediende mij aan de tand voelde.

He sat by her bed, a tidy little man who looked like a bank clerk.
Hij kwam aan haar bed zitten; een kleine, degelijke man die eruitzag alsof hij op een bank werkte.

A medic, a bank clerk, an engineer.
Een hospik, een bankmedewerker, een ingenieur.

Maureen and her bank clerk had recently broken up, and Violet introduced her to Keith Bain.
Maureen en haar bankbediende waren onlangs uit elkaar gegaan en Violet had haar aan Keith Bain voorgesteld.

Hans J, the bank clerk from Nürnberg, had sworn his name was Otto Kleist, a detective from Berlin.
Hans J., de bankbediende uit Neurenberg, had met kracht beweerd dat hij Peter Kleist was, een rechercheur uit Berlijn.

He was variously a bank clerk, an art critic, a poet, and a pornographer.
Hij was onder meer bankbediende, kunstcriticus, dichter en pornograaf.

The stenographers, bank clerks, truss-builders, typesetters, lawyers arid elevator operators were all in search of food.
De steno-typistes, bankbedienden, bouwvakkers, zetters, advocaten en lift jongens waren allemaal op eten uit.

“Your father was a bank clerk,” Horace said, speaking quickly.
‘Je vader was bankbediende,’ zei Horace vlug.

He stirred motherly feelings in her, besides he had a good position as a bank clerk.
Hij maakte moederlijke gevoelens in haar wakker en hij had een aardige baan, boekhouder bij een bank.

She had been married to some unknown little bank clerk.
Ze was met een onbekende kleine bankambtenaar getrouwd geweest.

The bank clerk in Hong Kong hung up with Plato and dialed another number.
De medewerker van de bank in Hongkong verbrak de verbinding met Plato en koos een ander nummer.

The bank clerk, learning of the death of the client, is troubled.
De bankbediende die van de dood van zijn cliënt heeft gehoord, maakt zich bezorgd.

‘Well, maybe you’re not some bank clerk.’
‘Nou, misschien ben je toch geen bankbediende.’

Good Lord, it's that damn bank clerk!
Het is die idiote bankbediende!

These were teachers and bank clerks and shopkeepers and housewives and grocers.
Het waren leraren en bankbedienden, winkeliers, huisvrouwen en kruideniers.

He left for England in July 1968, and became a bank clerk in London.
Hij vertrok in juli 1968 naar Engeland, waar hij in Londen bankemployé werd.

“Fritz Gormann worked as a bank clerk agent for the Dresdner Bank on Behrenstrasse.
Fritz Gormann werkte als bankbediende bij de Dresdner Bank aan de Behrenstrasse.

A lonely bank clerk who wanted to be a cut price playboy.’
Hij was een eenzame bankbediende die op een makkelijke manier de playboy wou uithangen.'

While she talked, she worked her shimmy as efficiently as a bank clerk counting bills.
Terwijl ze praatte, bleef ze verleidelijk voor zijn neus dansen, even efficiënt als een bankbediende biljetten telt.

It was clever really, no one wanted to engage a bank clerk in conversation about his job.
Dat was echt slim, want niemand wilde met een bankbediende een gesprek aanknopen over zijn werk.