shopman oor Nederlands

shopman

naamwoord

The proprietor, manager or operator of a small store.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

winkelier

naamwoord

klerk

naamwoord manlike

winkelbediende

naamwoord

voorbeelde

The shopman's uncombed grey head came out and his unshaven reddened face, coughing.
Het ongekamde grijze hoofd van de winkelier verscheen en zijn ongeschoren, rood aangelopen gezicht, hoestend.

Was it possible that his daughter was falling ill over the shopman?
Was het mogelijk dat zijn dochter door de winkelbediende ziek werd?

The shopman let two volumes fall on the counter. - Them are two good ones, he said.
De winkelier liet twee boekdelen op de toonbank vallen. – Dit benne twee goeie, zei hij.

"But in Green Point, a village near Pleasantville, a tobacco shopman replied, ""Al sent you?"""
Maar in Green Point, een dorpje bij Pleasantville, antwoordde een sigarenhandelaar: ’Heeft Al jullie gestuurd?’

But near the instep there is a small circular wafer of paper with the shopman's hieroglyphics upon it.
Maar bij de wreef zit een klein rond papiertje met het merk van den winkelier er op.

The shopman let two volumes fall on the counter. — Them are two good ones, he said.
De winkelier liet twee boekdelen op de toonbank vallen. – Dit benne twee goeie, zei hij.

And I should like it to be a blue-nosed one - if you and the shopman know what that is.
En ik zou er graag een hebben met een blauwe loop -- als jij en de verkoper weten wat dat is.

The shopman swore it would make life easier.”
De winkelier heeft gezworen dat het mijn leven makkelijker zou maken.'

My friend said he would, and the shopman, thereupon, took him through the shop, and up the staircase of the house.
Mijn vriend zei van ja en daarop nam de winkelier hem mee door de winkel en de trap van het huis op.

The Grand-duke of Ysland was the handsome grandson of a shopman.
De Groothertog van Ysland was de welgeslaagde kleinzoon van 'n kroeghouder.

The shopman’s uncombed grey head came out and his unshaven reddened face, coughing.
Het ongekamde grijze hoofd van de winkelier verscheen en zijn ongeschoren, rood aangelopen gezicht, hoestend.

The younger shopman went on regarding him through his oversized glasses.
De jongere verkoper bleef hem door zijn overdreven grote brilleglazen aangapen.

But one of the pieces that make up the franc is a Belgian piece, and the shopman refuses it.
Maar een van de munten die bij elkaar een franc waard zijn is een Belgische munt en de winkelier wil hem niet aannemen.

The fourth shopman was a large blond young man, very pink all over, like a slice of ham.
De vierde winkelier was een grote blonde jongeman, helemaal roze als een plak ham.