que se passe-t-il oor Nederlands

que se passe-t-il

voorbeelde

Que se passe-t-il ici?
Wat is er aan de hand?

Big Mamma, que se passe-t-il?
Wat is er aan de hand?

Que se passe-t-il, chérie?
Wat is er, schat?

Que se passe-t-il?
Wat is er?

Supergirl, que se passe-t-il?
Supergirl, wat gebeurt er?

Que se passe-t-il chéri?
Wat lach je?

Que se passe- t- il?
Dave, wat is er?

Que se passe-t-il?
Wat is er aan de hand?

Martha, que se passe-t-il?
Wat gebeurt er, Martha?

Alors que se passe- t- il si nous faisons une expérience?
Als we nu eens experimenteerden?

Que se passe- t- il?
Wat gebeurt er allemaal?

Que se passe t-il s'ils mangent plusieurs fois un repas infecté?
Wat als ze meerdere porties van besmet voedsel aten?

Que se passe-t-il?
Wat gebeurd er daarvoor?

Que se passe- t- il?
Wat is er aan de hand?!

Que se passe-t-il lorsque les cristaux sont alignés?
Wat gebeurt er als de crystallen op één lijn staan?

Que se passe-t-il?
Wat gebeurt er?

Data, que se passe- t- il?
Wat is er aan de hand?

Que se passe-t-il?
Wat is er gebeurd?

Que se passe-t-il, Donnie?
Wat gebeurt er?

Quoi de neuf? Que se passe- t- il dans le gouvernement américain?
Waar is de regering van de VS mee bezig?

C’est le même dialogue (« Que se passe-t-il avec Les Auditeurs ?
Het is dezelfde dialoog (‘Hoe staat het met The Listeners?’

Mike, que se passe-t-il?
Mike, wat gebeurt er?