cyclecar oor Nederlands

cyclecar

naamwoord

A small, lightweight, inexpensive car manufactured in the early twentieth century, characterised by the use of basic materials and sometimes fragile engineering.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

Cyclecar

tiny car designs briefly popular in the 1910s–20s

voorbeelde

Stickers for bodies and fairings for vehicles such as cars, motorcycles, jet-skis, snow scooters, water scooters, trikes, quad bikes, cyclecars and side cars, karts and cycles
Stickers voor (gestroomlijnde) carrosserieën van voertuigen, zoals auto's, motoren, jetski's, sneeuwscooters, waterscooters, trikes, quads, cyclecars en sidecars, karts en fietsen

Automobile bodies: fairings for motorcycles, jet-skis, karts, water scooters, snow scooters, quad bikes, trikes, sidecars and cyclecars
Carrosserieën voor auto's: gestroomlijnde carrosserieën voor motoren, jetski's, karts, waterscooters, sneeuwscooters, quads, trikes, sidecars, cyclecars en motorfietsen

The number of cyclecar manufacturers was less than a dozen in each of the UK and France in 1911, but by 1914, there were over 100 manufacturers in each country, as well as others in Germany, Austria and other European countries.
In 1911 waren er minder dan een dozijn fabrikanten in het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk, maar in 1914 waren er over de hele wereld meer dan 100 in elk van deze landen, en in heel Europa werden cyclecars geproduceerd.

Self-adhesive tape for vehicles such as cars, motorcycles, jet-skis, snow scooters, water scooters, trikes, quad bikes, cyclecars and side cars, karts and cycles
Zelfklevende banden voor voertuigen, zoals auto's, motoren, jetski's, sneeuwscooters, waterscooters, trikes, quads, cyclecars en sidecars, karts en fietsen

Adhesives for bodies and fairings for vehicles such as cars, motorcycles, jet-skis, water scooters, snow scooters, trikes, quad bikes, cyclecars and side cars, karts and cycles
Kleefstoffen voor (gestroomlijnde) carrosserieën van voertuigen, zoals auto's, motoren, jetski's, sneeuwscooters, waterscooters, trikes, quads, cyclecars en sidecars, karts en fietsen

Mud guards for vehicles such as cars, motorcycles, snow scooters, quad bikes, trikes, sidecars, karts, cyclecars and cycles
Spatlappen voor voertuigen, zoals auto's, motoren, sneeuwscooters, quads, trikes, sidecars, karts, cyclecars, motorfietsen en fietsen

Anti dazzle and anti glare devices for vehicles such as cars, motorcycles, karts, jet-skis, water scooters, snow scooters, quad bikes and trikes, wheel rims for vehicles such as karts, cycles, cyclecars and side cars
Antiverblindingsinrichtingen voor voertuigen, zoals auto's, motoren, karts, jetski's, waterscooters, sneeuwscooters, quads, trikes en motorfietsen, velgen voor wielen van voertuigen, zoals karts, fietsen, cyclecars en sidecars

Wheel spokes for vehicles such as motorcycles, karts, cycles, cyclecars and side cars
Spaken voor wielen van voertuigen, zoals motoren, karts, fietsen, cyclecars en sidecars

This also applies to the Ferraris and Cyclecars.
Hetzelfde geldt voor de Ferrari’s en de cyclecars.

Certain cyclecars grew and developed into attractive small sportscars, notably Amilcar and Salmson.
Enkele autoscooters groeiden uit tot aantrekkelijke kleine sportwagens, zoals Amilcar en Salmson.

The French motor industry led the way both in terms of quality and commercial success and would continue to do so until the outbreak of war in 1914, producing a very diverse assortment of cars ranging from luxury models though medium-sized cars, experimental low-priced cars (in contemporary terms at least) and cyclecars.
De Franse motorindustrie zette de toon wat betreft de kwaliteit en commerciële successen en dat zou zo blijven tot de oorlog uitbrak in 1914 waardoor er een erg ruim assortiment van auto’s op de markt kwam, van luxe modellen via middelgrote auto’s, experimentele goedkope auto’s (althans in onze ogen) en fietsauto’s.

Cyclecars were small, inexpensive and lightweight vehicles produced between about 1910 and the end of the 1920s.
Cyclecars zijn kleine, goedkope lichtgewicht voertuigjes, geproduceerd tussen pakweg 1910 en het einde van de jaren 20.

In 1909 Henry Morgan built his first car, a so-called Cyclecar with 3 wheels.
In 1909 maakte Henry Morgan zijn eerste auto, een zogenaamde Cyclecar met 3 wielen.

It’s possible here to run in to Caroline Bugatti -daughter of ‘le Patron’- or a nice Dutch delegation of the Dutch Vintage Sports Car Club (DVSCC), but also petrolheads such as the sympathetic Belgian Marc Hendrix who brought three of his light cyclecars to the event.
Zo kom je op deze Revival een mooie afvaardiging tegen van de Dutch Vintage Sports Car Club (DVSCC), maar ook petrolheads als de sympathieke Belg Marc Hendrix die dit jaar drie van zijn lichte cyclecars had meegenomen.

Most of these cars were built in the 1950s and were called ‘cyclecars’ or ‘bubble cars’ (especially those with large curved windows).
De meeste van deze auto’s zijn in de vijftiger jaren van de vorige eeuw gebouwd en heetten toen ‘scootmobiel’, ‘bubble car’ (vooral de exemplaren met grote gewelfde ruiten) of gewoon ‘kleine auto’.

These two engineers thereby became the pioneers of the lightweight and inexpensive ‘cyclecar’ concept in France.
Daarmee werden deze twee ingenieurs de pioniers van de lichtgewicht en goedkope ‘cyclecar’ beweging in Frankrijk.