one-legged oor Nederlands

one-legged

/ˈwʌnˌlɛɡəd/ adjektief

Having only one leg.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

eenbenig

adjektief

having only one leg

I raised the concern about the fire hazard a one-legged man in the galley might present.
Ik uitte mijn bezorgdheid over het brandgevaar dat een eenbenige man in de kombuis kan opleveren.

éénbenig

Having only one leg.

Met maar één been.

Soortgelyke frases

pull one's leg
maling

tail between one's legs
de staart tussen de benen

pull one's leg
maling

voorbeelde

He leaned back, crossing one leg over the other, making sure the crease sat right.
Hij leunde achterover, sloeg zijn ene been over het andere, oppassend dat de vouw erin bleef.

Unless she was one-legged, of course.”
Tenzij ze maar één been had, natuurlijk.'

‘You see a tank on legs, that’ll be Destin,’ he says.
‘Als je een tank op benen ziet, dan is dat Destin,’ zegt hij.

One leg was in, the other out.
Haar ene been stond binnen, het andere buiten.

And shoved out one leg, caught myself with a jerk just before I fell.
En, terwijl ik een been naar voren schoof, ving ik mezelf met een ruk op vlak voor ik viel.

This is slower than Stumpy, my one- legged granny
M' n oma kan het nog sneller

Clay walked toward them on legs that didn't feel like his own—they were half-asleep.
Clay liep naar hen toe op benen die aanvoelden alsof ze niet van hemzelf waren; ze sliepen nog half.

“Why, I could climb up that wall with one leg tied behind my back,” Tasslehoff exclaimed.
'Goh, ik zou met één been achter mijn rug naar boven kunnen klimmen,' riep Tasslehoff uit.

"And just as I've opened the door and slipped one leg out, he says, ""Aren't you forgetting something?"""
Net als ik het portier open en al met een been buiten de auto sta, zegt hij: ‘Vergeet je niet iets?’

With one leg over the side, she says, ‘Now was I getting in or getting out?’
Met een been over de rand van het bad vraagt ze zich af: “Ging ik er nou in of uit?”

Yesterday the Greek beauty saw three hens tethered by one leg to the same tree at Señora Bedello’s.
Gister zag de Griekse schoonheid dat drie hennen met één pootje aan dezelfde boom bij señora Bedello vastgebonden waren.

For eighteen minutes they attacked, hitting and biting and dragging, twisting one leg round and round.
Achttien minuten lang duurde het slaan, bijten, rondsleuren en alsmaar ronddraaien van een poot.

One of them was hobbling on one leg, his other leg amputated below the knee.
Een van hen stond op één been te wiebelen, zijn andere was onder de knie geamputeerd.

I have people put on my pants one leg at a time.
Ik heb mensen, die mij mijn broek aantrekken, één pijp tegelijk.

She sits, one leg folded under the other.
Ze gaat zitten met een been gebogen onder het andere.

“How many other one-legged dudes you see hanging out here.
‘Hoeveel andere kerels met één been zie je hier rondhangen?

She had one leg bent beneath her, while the other trailed to the floor.
Eén been lag gebogen onder haar en het andere hing op de vloer.

Then they got mad and grabbed her by one arm and one leg.
Toen werden ze kwaad en grepen haar bij één arm en één been.

Then I saw the one-legged boy again and drank another cup of red raspberry water.
Toen zag ik de eenbenige jongen weer en ik dronk nog een beker rood frambozensap.

Some examples: “If I had one leg, I’d never leave the house!”
Een paar voorbeelden: ‘Als ik maar één been had, zou ik mijn huis niet uit komen!’

She kicked off her shoes, drew one leg under her, delaying until she could summon the right words.
Ze schopte haar schoenen uit, trok een been onder zich, en aarzelde even voor ze de juiste woorden kon vinden.

"""Maybe,"" Rozca agreed, shifting his weight from one leg to the other."
'Misschien,' stemde Rozca in, zijn gewicht van het ene been naar het andere verplaatsend.

Mithras, let me get there in time, he prayed, forcing one leg in front of the other.
Mithras, laat me op tijd komen, bad hij terwijl hij zijn ene been voor het andere dwong.

‘And I should never have threatened to kick that nice one-legged lady.’
‘En ik had nooit moeten dreigen om die aardige mevrouw met dat ene been te schoppen.’

I pause with one leg half slipped into my jeans.
Ik wacht even, één been half in mijn spijkerbroek.