to faint oor Nederlands

to faint

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

bewusteloos raken

werkwoord

bezwijmen

werkwoord

flauwvallen

werkwoord

When the cast was removed, the sight of the leg caused one nurse to faint.
Het gipsverband werd verwijderd, waarop een verpleegster flauwviel bij de aanblik van het beentje.

in zwijm vallen

werkwoord

To swoon is to faint from emotion.
In zwijm vallen is door emotie flauw vallen.

zwijmen

werkwoord

To swoon is to faint from emotion.
In zwijm vallen is door emotie flauw vallen.

voorbeelde

“Your friend,” he bleated quietly, “has decided to faint.
‘Die vriend van jou,’ mekkerde hij zachtjes, ‘heeft zojuist besloten flauw te vallen.

"""If I turn green, can ye pretend to faint or something?"
‘Als ik groen word, kun jij dan niet net doen of je flauwvalt of zo?

Timozel came close to fainting, and actually swayed slightly on his feet, but Friend grasped his elbow.
Timozel viel bijna flauw en wankelde inderdaad een beetje op zijn benen, maar Vriend pakte hem bij zijn elleboog.

It was obvious from Arthur Fish’s face that he had overheard them, and he looked about to faint.
Het was aan Arthur Fish’ gezicht te zien dat hij hen had gehoord en het leek alsof hij elk moment flauw kon vallen.

When the cast was removed, the sight of the leg caused one nurse to faint.
Het gipsverband werd verwijderd, waarop een verpleegster flauwviel bij de aanblik van het beentje.

Alfred looked sick and Hugh shouted at him not to faint but Alfred did anyway.
Alfred zag er ziek uit en Hugh schreeuwde tegen hem, niet flauw te vallen maar dat deed Alfred toch.

She was so dizzy and nauseous that she thought she was going to faint in Safeway.
Ze voelde zich draaierig en misselijk, en ze dacht dat ze ter plekke flauw zou vallen in Safeway.

I whispered to Ruth, who was kneeling next to me, that I thought I was about to faint.
Ik fluisterde tegen Ruth, die naast me geknield zat, dat ik dacht dat ik ging flauwvallen.

And now Mercy could see that Miss Lawrence was about to faint as well.
En nu zag Mercy dat juffrouw Lawrence ook op het punt stond flauw te vallen.

Focused on Tanya, who was rising out of her chair as if she expected Ava to faint.
Ze concentreerde zich op Tanya, die opstond van haar stoel alsof ze bang was dat Ava ieder moment flauw kon gaan vallen.

Gordon hadn’t realized up till this point that it was possible for a ghost to faint.
Tot dit moment was het niet tot Gordon doorgedrongen dat een geest flauw kon vallen.

Like I'm going to faint.
Alsof ik ga flauwvallen.

Then, in a loud voice, he said: “Oh, I feel all weak--I think I’m going to faint.”
Met een luide stem zei hij vervolgens: „Ik voel me zo zwak, ik denk dat ik ga flauwvallen.”

Some women feel as if they are going to faint.
Sommigen doen zelfs alsof ze willen steken.

Susceptibility to regret, like susceptibility to fainting spells, is a fact of life to which one must adjust.
Gevoeligheid voor spijt is, net als gevoeligheid voor flauwtes, een gegeven dat om aanpassing vraagt.

And then her eyes went blank, almost as if she were about to faint.
En toen kregen haar ogen een wezenloze uitdrukking, bijna alsof ze op het punt stond flauw te vallen.

With horror, Claire realized the man was about to faint.
Vol afschuw besefte Claire dat de man op het punt stond flauw te vallen.

He thought she looked like the walking dead, and he fully expected her to faint at any moment.
Hij vond dat ze eruitzag als een wandelend lijk, en hij verwachtte dat ze elk moment zou flauwvallen.

Then can she pretend to faint now?
Kan ze dan nu doen alsof ze flauwvalt?

Even though he felt as if he were about to faint, he knew he should run right now.
Hoewel hij zich voelde alsof hij ieder moment van zijn stokje kon gaan, wist hij dat hij er nu vandoor moest gaan.

And Ellery noted, with a faint perplexity, that Miss Diversey looked like death and seemed about to faint.
Ellery zag met enige verbazing dat zuster Diversey eruit zag als de dood van Yper en op het punt scheen flauw te vallen.

The colors drained out of everything and he was halfway to fainting.
De kleur trok uit alles weg en hij stond op het punt flauw te vallen.

She swayed; he feared she was going to faint.
Ze wankelde; hij was bang dat ze ging flauwvallen.

‘Do you remember the way Sylvia used to faint?’
‘Weet je nog dat Sylvia altijd flauwviel?’

On several occasions, I’d felt like I was about to faint, but one evening it was worse.
Ik had al een paar keer het gevoel gehad dat ik bijna flauwviel, maar op een avond was het nog erger.