bon ton oor Nederlands

bon ton

Vertalings in die woordeboek Frans - Nederlands

bonton

naamwoord

voorbeelde

Bon, ton dernier cadeau se trouve sur le porte-serviette dans la salle de bain.
Je laatste cadeau ligt op een handdoekenrek in de badkamer.

Juste au-dessous se situaient les Bon-Tons et le solide vieux Palindrome.
Vlak daaronder bevonden zich de Bon-Tons en de betrouwbare oude Palindromen.

Il se souciait d'un pays dont il est de bon ton de se moquer.
Hij gaf om een land waar normaal alleen maar grappen over worden gemaakt.

Bon, ton album préféré de Radiohead.
Je favoriete album van Radiohead.

Nous le faisions, car il était de bon ton de le faire, mais cela ne me satisfaisait pas.
Wij deden dit omdat het nu eenmaal zo hoorde, maar het gaf mij geen voldoening.

– Ah bon, ton voisin... Et le chat alors, il est où ?
‘O, juist ja, je buurman... En waar is de kat dan?’

Il se souciait d' un pays dont il est de bon ton de se moquer
Hij hield van een land waar graag grapjes over gemaakt worden

Quoi qu’il se passe, il n’est pas de bon ton d’intervenir et ce n’est assurément pas son rôle.
Wat er ook gebeurt, er is geen goede manier om tussenbeide te komen, en dat is zeker niet aan haar.

Bon, ton mec, Raymond Carver, Razor?
Maar goed, die man van je, Raymond Carver, Razor?

Dès demain faire une offre bon ton lit:
Zo snel een goede morgen bod aan uw bed:

Ainsi est-il de bon ton de prétendre qu'elles entravent le développement économique.
Zo is het gebruikelijk om te beweren dat ze economische ontwikkeling in de weg staan.

Mais, bon, ton oncle a beaucoup de filles ; trop, en vérité. » Je tremblais.
Maar och, je oom heeft veel dochters; te veel eigenlijk.'

C'est bon, ton derrière se porte bien.
Niks aan de hand.

Bon, ton enthousiasme.
Oké, enthousiasme.

Bon, ton nom viendra en second dans l’esprit des gens.
Goed, dan zal jouw naam de tweede zijn waaraan mensen denken.

Il est bon, ton shit.
Je shit is lekker, Vinz.

Il a l'air bon, ton gâteau.
Lekkere taart heb je daar.

Très bon, ton café, Del.
Dat was een goede kop koffie, Del.

De bon ton, Jack.
Goed zo, Jack.

Et bien sûr, il serait de bon ton de réduire les frais de présentation.
En natuurlijk moeten de ceremoniële verplichtingen verminderd worden.

Bon, ton père et moi essayons d'avoir une conversation, une vraie conversation sur quelque chose d'important.
Je vader en ik proberen een gesprek te voeren, Een echt gesprek over iets belangrijks.

"Le soir, quand on se rappelait nos ""exploits"", il était de bon ton d'en rire."
's Avonds, bij het bespreken van onze 'prestaties', was het gepast hierom te lachen.

Bon, ton cerveau a déjà trié toutes les informations.
Nou, je brein verwerkt alle informatie al.

« Bon, ton Taux jusqu’à maintenant a été multiplié en moyenne par cent dix-neuf.
‘Goed, jouw gemiddelde Conversion Rate is tot nu toe 119x.

Enfin puisque c’est le bon ton, moi ze veux bien, on ne s’entendra pas parler, voilà tout.
Maar ja, als dat de goeie manier van prate is, is het mij best, je hoort elkaar alleen niet, da's alles.