historien de la philosophie oor Nederlands

historien de la philosophie

Vertalings in die woordeboek Frans - Nederlands

filosofiehistoricus

voorbeelde

Eh bien, voilà le paradoxe de la science moderne, le paradoxe de la conclusion, à laquelle, je pense, les historiens, les philosophes et les sociologues sont arrivés ; qu'en fait la science est un appel à l'autorité mais il ne s'agit pas de l'autorité d'un individu, quelle que soit l'intelligence de cet individu, comme Platon, Socrate ou Einstein.
Hier heb je de paradox van de moderne wetenschap, de paradox van de conclusie waartoe historici, filosofen en sociologen zijn gekomen, om te zeggen dat wetenschap wel beroep doet op autoriteit, maar niet op het gezag van het individu, hoe slim die persoon dan ook mag zijn, zoals een Plato, Socrates of Einstein.

Michael Oakeshott modifier - modifier le code - modifier Wikidata Michael Joseph Oakeshott (Chelsfield, le 11 décembre 1901 - 19 décembre 1990) est un philosophe et historien britannique qui s'est particulièrement intéressé à la pensée politique, la philosophie de l'histoire, l'éducation, la religion, et l'esthétique.
Michael Joseph Oakeshott (Londen, 11 december 1901 - Acton (Dorset), 19 december 1990) was een Brits filosoof en politicoloog die daarnaast ook heeft geschreven over de geschiedfilosofie, godsdienstfilosofie, esthetica en rechtsfilosofie.

Ces trois auteurs ont depuis toujours la plus mauvaise réputation imaginable de l'avis des historiens de la philosophie et des idées et ne sont cité, tout au plus, qu'en marge.
Deze drie auteurs hebben bij historici van de wijsbegeerte oftewel ideeën van oudsher een uitermate slechte reputatie en worden hoogstens terloops vermeld.

Des sources bibliographiques très anciennes - de l’ouvrage intitulé De antiquitate et situ Calabriae (1571) de l’humaniste et historien de Vibo Valentia, Gabriele Barrio, au Saggio per l’economia campestre per la Calabria Ultra (1770) de Domenico Grimaldi da Seminara, économiste et philosophe de Reggio Calabria - citent ce fromage en référence au territoire d’origine.
Van dit verband tussen de kaas en zijn plaats van oorsprong werd al gewag gemaakt in bibliografische bronnen die eeuwen terug gaan, van het uit 1571 daterende werk De antiquitate et situ Calabriae, van de hand van de humanist en historicus Gabriele Barrio uit Vibo Valentia, tot het uit 1770 daterende geschrift Saggio per l’economia campestre per la Calabria Ultra [studie van de plattelandseconomie van zuidelijk Calabrië] van de econoom en filosoof Domenico Grimaldi uit Seminara in de provincie Reggio Calabria.

Toynbee, historien britannique, expliqua que la société industrielle a suivi une philosophie selon laquelle “la poursuite égoïste des intérêts privés procurerait le maximum de bienfaits à la société”.
De Britse geschiedschrijver Arnold Toynbee lichtte dit onlangs toe met de woorden dat de geïndustrialiseerde maatschappij van vandaag, het beginsel huldigt als zou „een zelfzuchtig nastreven van privé-belangen, het maximum voordeel voor de maatschappij in het algemeen opleveren”.

Au sujet de deux livres écrits par le philosophe grec Aristote et traitant de questions scientifiques, l’historien Bertrand Russell souligne “ le fait que quelques phrases, à peine, dans l’un ou dans l’autre [peuvent] être acceptées à la lumière de la science moderne ”.
De historicus Bertrand Russell zei bijvoorbeeld over twee wetenschappelijke boeken van de hand van de Griekse filosoof Aristoteles dat „nauwelijks één zin daaruit nog kan worden aanvaard in het licht van de moderne natuurwetenschappen”.

» Un historien français a dit qu’elle « nous apporte l’écho d’une philosophie sans doute peu ambitieuse, mais que certains ne manqueront pas de tenir pour le secret de la sagesse* ».
Een Frans historicus zei dat hierin „een filosofie doorklinkt waaruit misschien niet veel ambitie blijkt, maar die door sommigen toch wordt beschouwd als de ultieme levenswijsheid”.

Selon l’historien Jona Lendering, « l’hypothèse de Platon selon laquelle notre âme qui était autrefois dans un endroit meilleur vit aujourd’hui dans un monde déchu a favorisé la fusion de la philosophie platonicienne et du christianisme » (livius.org).
Volgens de historicus Jona Lendering ‘maakte Plato’s hypothese dat onze ziel ooit op een betere plek was en nu in een gevallen wereld leeft het makkelijker om platonische filosofie en het christendom te combineren’.

Toutefois, il ressort des écrits du philosophe juif Philon, qui vivait à Alexandrie, et de l’historien juif Josèphe, mais aussi du Talmud, que les Juifs du Ier siècle tenaient en général la Septante pour divinement inspirée au même titre que les Écritures originales.
De geschriften van de joodse Alexandrijnse filosoof Philo en de joodse geschiedschrijver Josephus alsook de talmoed laten echter alle uitkomen dat de eerste-eeuwse joden algemeen geloofden dat de Septuaginta net zo geïnspireerd was als de oorspronkelijke Geschriften.

On peut citer entre autres l’historien Tacite, Pline le Jeune, qui fut auteur et aussi tribun, le biographe Suétone, le poète Juvénal, et le philosophe stoïcien Sénèque, qui fut contemporain de Jésus et aussi la figure de proue du mouvement intellectuel à Rome au milieu du premier siècle.
Tot hen behoren de geschiedschrijver Tacitus, de auteur en staatsman Plinius de Jongere, de biograaf Suetonius, de dichter Juvenalis en de stoïsche filosoof Lucius Seneca, die een tijdgenoot van Jezus was en de toonaangevende intellectuele persoonlijkheid in Rome in het midden van de eerste eeuw.

Un historien a dit de Michel Servet: “Au lieu d’une doctrine dont les termes mêmes, Trinité, hypostase, personne, substance, essence, n’étaient pas tirés de la Bible mais inventés par des philosophes, et pour laquelle le Christ est à peine plus qu’une abstraction philosophique, il désirait amener les hommes à mettre leur foi en un Dieu vivant, en un Christ divin qui avait bien existé et en un Esprit saint à l’œuvre pour toujours dans le cœur des humains.”
Eén historicus zei over Servet: „In plaats van een leer waarvan alleen al de termen — Drieëenheid, hypostase, persoon, substantie, wezen — niet in de bijbel voorkwamen maar door filosofen verzonnen waren, en waarin Christus niets meer was dan een filosofische abstractie, wilde hij dat mensen hun geloof in een levende God gingen stellen, in een goddelijke Christus die een historische werkelijkheid was geweest, en in een Heilige Geest die voor eeuwig werkzaam zou zijn in het hart van mensen.”

Sa philosophie historique est celle de tous les historiens remarquables du temps de la Restauration.
Zijn wijsbegeerte van de geschiedenis werd in de tijd van de restauratie door alle beroemde historici gedeeld.

Le siècle des Lumières dans les principautés roumaines est marqué par la personnalité de Dimitrie Cantemir, souverain de Moldavie à la fin du XVIIe siècle, mais également philosophe, historien, compositeur et ethnographe.
Een prominente figuur uit het tijdperk van de Verlichting in de Roemeense vorstendommen was Dimitrie Cantemir, die naast het feit dat de heerser van Moldavië tijdens de late 17e eeuw, was ook een filosoof, historicus, componist en etnograaf.

Le philosophe et historien Dimitri Goossens aborde la question de la relation entre ce que l'on veut être et ce que l'on est en réalité.Il se demande aussi comment l'expérience de notre matérialité peut être pensée dans notre société postmoderne.
Filosoof en historicus Dimitri Goossens herneemt de vraag hoe de relatie tussen willen en werkelijk zijn en de ervaring van onze lichamelijkheid gedacht kan worden in onze postmoderne cultuur.

L'une des personnes qui défendait ce point de vue était l'historien et philosophe anglais Arnold Toynbee (1889-1975), qui pensait que c'était la raison pour laquelle des pays comme le Mexique ne progressaient pas.
Eén van degenen die dat idee te berde brachten, was de Engelse historicus en filosoof Arnold Toynbee (1889-1975); hij vond dat gebieden zoals Mexico om die reden geen vooruitgang maakten.

Pour chacun de ces « moments », y compris ceux où il a connu doutes ou incertitudes, des frères de la communauté qui ont partagé sa vie pendant des décennies, des amis de longue date, tel le philosophe Paul Ricœur, des hommes d'Églises, catholiques et protestants, le secrétaire du pape Jean XXIII, la sœur de frère Roger venue à Taizé dès 1941, une historienne, une biographe, d'autres encore, font apprécier sa riche personnalité.
Zo spreken er broeders van de gemeenschap die tientallen jaren zijn leven deelden, vrienden van broeder Roger zoals de filosoof Paul Ricœur, kerkleiders - katholiek en protestant-, de secretaris van paus Johannes XXIII, de zus van broeder Roger die in 1941 ook naar Taizé kwam, een historica, een biograaf en nog anderen die gemarkeerd werden door de persoonlijkheid van broeder Roger.

L'historien Arnold Toynbee cependant observé que «si Platon est à peine de donner le gouvernement de son philosophe-roi au profit du consentement des gouvernés, il est évident thatthere aurait pas de but dans la surprenante union personnelle du philosophe avec le potentat qui est d'être un monarque absolu, sauf le pouvoir du despote de contrainte physique doit se tenir prêt pour une utilisation en cas de nécessité ...
De historicus Arnold Toynbee waargenomen, echter, dat "terwijl Plato is bij moeite om zijn filosoof-koning de regering het voordeel van de toestemming van de geregeerd te geven, is het duidelijk dat er geen doel in verrassende personele unie van de filosoof met de Potentaat zou zijn wie is een absolute monarch, tenzij de despoot van de kracht van fysieke dwang is in gereedheid voor gebruik in geval van nood te houden ...