Galápagospinguïn oor Engels

Galápagospinguïn

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

Galápagos Penguin

voorbeelde

Deze familie van loopvogels bestaat uit achttien soorten, variërend van de statige keizerspinguïns en de Adéliepinguïns van Antarctica tot de Galápagospinguïns aan de evenaar.
Ranging from the stately emperor and the Adélie penguins of Antarctica to the equatorial Galápagos penguin, 18 different species make up this family of flightless birds.

De galapagospinguïn is endemisch op de Galapagoseilanden, wat hem de noordelijkst levende pinguïnsoort maakt.
The Galápagos penguin is endemic to the Galápagos Islands, making it the most northerly of all penguin species.

Galapagospinguïns kunnen hier overleven... dankzij het koude en voedselrijke water.
Like the sea lions, Galapagos penguins can survive here because the water keeps them cool and well fed.

De Magelhaenpinguïn is de grootste soort uit het geslacht Spheniscus, waartoe ook de Galapagospinguïn, de Humboldtpinguïn en de Afrikaanse pinguïn toe behoren.
Magellanic Penguins are the largest example of the genus Spheniscus which includes Galapagos Penguins, Humboldt Penguins, and African Penguins.

Galápagospinguïns hebben een smalle witte band die loopt vanaf het oog en breder wordt tot onder de kin en een zwarte band, in de vorm van een omgekeerde paardehoef over hun voorkant.
Galápagos penguins have a small white band that runs from above the eye and gets broader under the chin. Their face is almost complete black, and a vague black band runs over the throat and a second black band runs like an inverse horseshoe over their front.

Magelhaenpinguïns zijn beduidend groter en hun tweede zwarte band vooraan in de nek is veel duidelijker dan bij de Galápagospinguïns.
Magellanic penguins are taller and the black band in front of their throat is much more distinct than on Galápagos penguins.

De Galápagospinguïn werd voor het eerst vermeld door Sundevall in 1871.
The Galápagos penguin is first mentioned by Sundevall in 1871.

Galápagospinguïns zijn 40 à 45 cm groot.
Galápagos penguins are 40 à 45 cm tall.

De galapagospinguïn heeft een zeer klein verspreidingsgebied en daardoor is de kans op uitsterven aanwezig.
^ "The Adaptations of the Galapagos Penguin For a Harsh and Unpredictable Environment".

Volwassen dieren (behalve de galapagospinguïns) doen dit na de broedperiode.
Adult penguins (except the galapagos penguins) moult after the breeding period.

De meest direct verwante soorten (magelhaen- en galapagospinguïns) alsook de dwerg- en geeloogpinguïns hebben voornamelijk vis op hun menu.
The most directly relative species (Humboldt, Magellanic and Galapagos penguins), and the little and yellow-eyed penguins too, mainly take fish too.

Gasten kunnen hopen om Aalscholvers, Galapagospinguïnen, Iguanas en een aantal andere endemische soorten te zien, samen met Mantaroggen, Mola-Mola en verschillende soorten walvissen.
Guests can hope to see Flightless Cormorants, Galapagos Penguins, Marine Iguanas and several other endemic species, along with Manta Rays, Mola-Mola and different types of Baleen Whales.

De Galápagospinguïn werd voor het eerst vermeld door Sundevall in 1871.
The galapagos penguin is mentioned by Sundevall in 1871.

In tegenstelling tot de andere soorten, zullen volwassen galápagospinguïns ruien vóór of tijdens het broeden en niet erna.
In contrast to other penguin species, adult galápagos penguins will moult before or during breeding, and not afterwards.

Humboldt (links) en galapagospinguin (rechts) hebben beide een smalle witte band van boven de ogen over de wang naar de keel.
Humboldt (left) and galapagos penguin (right) have both a small white band from above the eyes, over the cheeks to the throat.