babbelaar oor Engels

babbelaar

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

tattler

naamwoord

telltale

naamwoord

maunderer

naamwoord

babbler

chatterbox · chatterer · gossip · tattletale · babbler · prattler

Soortgelyke frases

Ceylonese babbelaar
Orange-billed babbler

Malcolms babbelaar
Large Grey Babbler

Hindes babbelaar
Hinde's Pied-Babbler or Hinde's Pied-Babbler

voorbeelde

„Sommigen zeiden [over Paulus]: ’Wat zou deze babbelaar toch willen vertellen?’
“Some would say [of Paul]: ‘What is it this chatterer would like to tell?’

Dolfijnen zijn enorme babbelaars – ondanks het gegeven dat ze geen stembanden hebben.
Dolphins are famously talkative – despite having no vocal chords.

Ze had niet gerept over de babbelaar of het niezen; daar was ze niets mee opgeschoten.
She hadn’t mentioned either the bull’s eye or the sneeze; there hadn’t seemed any point.

Ze is een enorme babbelaar.
She's a pure wee bletherer.

Papegaai Levendige babbelaar Papegaaien zijn waarschijnlijk de bekendste vogels ter wereld.
Parrot Vivid conversationalist Parrots are probably the best-known birds in the world.

Ik ben een charmante babbelaar, het maakt de dames niet uit.
Yeah, but I'm a charming conversationalist, so the ladies don't mind.

De waarnemingen van Zahavi en zijn collega's doen vermoeden dat babbelaars actief concurreren om de rol van bewaker.
The observations of Zahavi and his colleagues suggest that babblers actively compete for the dangerous role of sentinel.

Livingston was van nature een babbelaar en zag er geen kwaad in.
Livingston was a natural chatterer and saw no harm in it.

Die jongens van hier zijn niet meer dan babbelaars, maar jij bent helemaal niks.
The young men here are all talk, but you, you’re nothing.

Sommigen zeiden smalend: „Wat zou deze babbelaar toch willen vertellen?”
Some disdainfully said: “What is it this chatterer would like to tell?”

In figuurlijke zin werd het denigrerend gebruikt voor iemand die voedselresten oppikt door te bedelen of te stelen of voor een incompetent, naïef persoon die stukjes informatie herhaalt, een nutteloze babbelaar.
Figuratively, it was used in a derogatory sense of a person who picks up scraps by begging or stealing or of an unqualified, unsophisticated person who repeats scraps of knowledge, an idle babbler.

Al zou ik gewend moeten zijn aan mobiele babbelaars.
Although I should be used to cellphone screamers.

En Ford is nogal een babbelaar.
And Ford has a tendency to get chatty.

Babbelaar?
Non-stop talking?

Hij vertelde me dat hij opgeloten zat met wat andere babbelaars.
He told me he was in jail with some of the other protesters.

'Een paar babbelaars zijn van mening dat de politie maar eens moet uitzoeken waar ze dan wel is.
"""A few big-mouths are yapping that the police ought to be checking her whereabouts."""

Zij noemden de apostel een „babbelaar”, waarvoor zij het Griekse woord sper·moʹlo·gos gebruikten, dat letterlijk betrekking heeft op een vogel die zaadjes oppikt.
(Ac 17:18) They termed the apostle a “chatterer,” using the Greek word sper·mo·loʹgos, which literally applies to a bird that picks up seeds.

‘Gabby de babbelaar nam even pauze in een vertoog over bomen...’ ‘Oei.’
“Our gabby Gabby took a breath during a discourse on trees—” “Arghh.”

(b) Wat gaven sommigen die Paulus een „babbelaar” vonden, daarmee te kennen?
(b) What did some imply when they spoke of Paul as a “chatterer”?

De twee meester-babbelaars, George en Giacomo, hadden nog dapper gestreden, maar de strijd duurde maar kort.
Those two master conversationalists, George and Giacomo, had battled bravely but only briefly on.

Nou, je zou me als een babbelaar kunnen zien.
You could think of me as a wrangler.

Als die babbelaars zo slim zijn, waarom verdedigen ze zich dan niet?
If these gutter- mouths are so smart, Why don' t they defend themselves?

Het was geen babbelaar, maar ik denk niet dat hij het opnieuw zal doen.
He wasn't much of a talker, but I don't think he'll be doing it again.

Zij „gingen hem bestrijden” en noemden hem een „babbelaar” en een „verkondiger van vreemde godheden”.
They “took to conversing with him controversially,” and called him, a “chatterer” and a “publisher of foreign deities.”

Weer een vlotte babbelaar.
Another smooth talker.