spoilsport oor Nederlands

spoilsport

/ˈspɔɪl.spɔɹt/, /ˈspɔɪl.spɔːt/ naamwoord

Someone who puts an end to other's fun, especially harmless fun.

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

spelbreker

naamwoord

Not to be a spoilsport, but you all know this is bull.
Ik wil geen spelbreker zijn, maar jullie snappen dat dit onzin is.

kniesoor

voorbeelde

Oh, don't be a spoilsport.
Zeur niet.

"""Now don't be a spoilsport,"" he rebuked Marty, ""we only want to see what you're made of."""
'Wees nou niet zo vervelend,' wees hij Marty terecht, 'we willen alleen maar zien hoe je bent.'

Not to be a spoilsport, but you all know this is bull.
Ik wil geen spelbreker zijn, maar jullie snappen dat dit onzin is.

Do we really accept that there should be a ban on such analysis (a spoilsport ban)?
Accepteren we werkelijk dat er een verbod moet bestaan op een dergelijke analyse (een spelbrekersverbod)?

You always were a spoilsport, weren't you?
Jij bederft altijd alles.

I am sorry to be a spoilsport, but I wonder whether you could give a ruling.
Het spijt mij dat ik als spelbreker moet optreden, maar zoudt u zo goed willen zijn een uitspraak te doen?

Spoilsport.
Spelbreker.

You spoilsports will be too bullheaded to see the handwriting on the wall.
Jullie zijn te grote dikkoppen om het teken aan de wand te zien.

‘Has anyone ever told you you’re a bit of a spoilsport?’
'Heeft iemand je ooit wel eens gezegd dat je een beetje een spelbreker bent?'

I realize that I’m a spoilsport, but would you come home?”
Ik zal wel een spelbreker zijn, maar ga je mee naar huis?’

Spoilsport.
Waar ging het over?

'Spoilsport,' Danielle murmured quietly, and felt the pressure of his fingers increase.
‘Spelbreker,’ mompelde Danielle zacht, waarop ze de druk van zijn vingers voelde toenemen.

Come on, don’t be a spoilsport, Kotik.’
Kom, wees geen spelbreker, kotik.’

Spoilsport, was his perplexing reply.
Spelbreker, was zijn merkwaardige antwoord.

Oh, spoilsport!
Oh, spelbreker!

More, I am an insistently rational sort, a spoilsport by nature when it comes to the fantastical.
Bovendien ben ik van het hardnekkig rationele soort, een spelbreker ten voeten uit als het gaat om het denkbeeldige.

‘Would you think I was an awful spoilsport if I had a bath and a really early night?
‘Vinden jullie me heel ongezellig als ik in bad ga en eens echt vroeg in bed kruip?

Spoilsport.
Spelbederver

Now don't be a spoilsport.
Wees geen spelbreker.

‘Especially if you continue being such a spoilsport.’
“Vooral als je zo’n spelbreker blijft.”

Spoilsport.
Spelbederver.

“Meine Herren, I don’t want to be a spoilsport,” I began on one of these occasions.
‘Meine Herren, ik wil geen spelbreker zijn,’ stak ik bij zo’n gelegenheid van wal.

That evening there were no troublemakers present, no spoilsports.
Vanavond zijn er geen rustverstoorders, geen spelbrekers.