branque oor Nederlands

branque

Vertalings in die woordeboek Frans - Nederlands

dom

adjektief

voorbeelde

Que deux branques se faisant passer pour des flics s’introduisent dans la maison et nous ligotent ?
Dat een paar idioten naar binnen wandelen, doen alsof ze van de politie zijn en ons vastbinden?’

Et on peut tous prier ce branque de Dieu... qui, au départ, a foutu la merde!
En we moeten allemaal bidden tot die klote-god die de boel verpest heeft.

Tu me prends pour un branque, quoi
Je vindt me dus een sukkel

T’as toujours été bizarre mais des fois, t’étais carrément branque.
Je was altijd wel een rare, maar soms was je echt kierewiet.’

Et Sam était un branque.
En Sam was een flop.

Et on peut tous prier ce branque de Dieu... qui, au départ, a foutu la merde!
En we moeten allemaal bidden tot die klote- god die de boel verpest heeft

C’est qu’il y a tellement de branques que plus personne n’y fait attention.
‘Dat er zoveel rare mensen rondlopen dat niemand daar nog van opkijkt.

C'est un branque.
Het is een imbeciel.

Vous connaissez des branques nommés Briggs et Cannell?
Ken je een paar zware jongens, Briggs en Cannell?

C’est ces illiorains et un paquet de prêtres branques et de magiciens qu’y a derrière ça.
Die Illioranen, een stelletje zwarte tovenaars en een bende mesjokke priesters, die zitten erachter, zeggen ze.’

Si tu m'aimes bien, c'est que t'es branque aussi.
Als je me leuk vindt, moet jij ook raar zijn.

Mais je te préviens : je suis infidèle et un peu branque
Maar ik waarschuw je, ik ben ontrouw en een beetje geschift.’

Je suis branque.
Ik ben raar.

Écoutez, je sais que vous êtes malin, mais je suis pas branque, on me la fait pas.
Luister, ik weet dat je goochem bent, maar ik ben niet mesjogge, en mij lul je niet omver.

C'est pour les branques.
Dat is voor sukkels.