76 Wat ten slotte de bewering van de Finse en de Franse regering tijdens de terechtzitting aangaat, dat de regels die bij de artikelen 27 en 28 van het kaderbesluit zijn ingevoerd van fundamenteel belang zijn, zoals wordt aangetoond door zowel het feit dat deze bepalingen niet in het aanvankelijke voorstel van de Commissie voorkwamen [voorstel voor een kaderbesluit van de Raad betreffende het Europees arrestatiebevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten van de Europese Unie, COM(2001) 522 definitief], als de inhoud van lid 1 van deze artikelen, waarin is voorzien dat zelfs wanneer de lidstaten van tevoren van deze regels hebben afgezien, de uitvoerende rechterlijke autoriteiten anders kunnen beschikken in hun beslissingen over de overleveringen, kan deze evenmin de voorgaande analyse in twijfel trekken.
76 Enfin, quant à l’allégation des gouvernements finlandais et français lors de l’audience, selon laquelle les règles instituées aux articles 27 et 28 de la décision-cadre revêtiraient une importance fondamentale qui serait démontrée tant par le fait que ces dispositions ne figuraient pas dans la proposition initiale de la Commission (proposition de décision-cadre du Conseil relative au mandat d’arrêt européen et aux procédures de remise entre États membres [COM(2001) 522 final]) que par le contenu du paragraphe 1 de ces articles, lequel prévoit que, même lorsque les États membres ont renoncé au préalable à ces règles, les autorités judiciaires d’exécution peuvent en disposer autrement dans leurs décisions relatives aux remises, elle ne saurait davantage remettre en cause l’analyse qui précède.EurLex-2 EurLex-2