in bed stoppen oor Engels

in bed stoppen

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

put to bed

werkwoord

Pap heeft Shira in bed gestopt, dan kan ze straks kijken.
Dad Shira has put to bed, she can look soon.

lay

werkwoord

puttobed

voorbeelde

‘Zal ik vanavond de kids in bed stoppen?’
“Would you like me to put the kids to bed tonight?”

Laten we jou in bed stoppen.
Okay, well, let's just try to get you in bed.

‘Laten we je gewoon maar even in bed stoppen en dan laat ik je met rust.’
‘Let’s just get you into bed and I’ll leave you in peace, OK?’

‘Zullen we Poppy in bed stoppen voor we gaan eten?’
“Shall we get Poppy to bed before we have dinner?”

Ze moest haar dochter in bed stoppen en haar koe melken.
She had a daughter to put in bed and a cow to milk.

We kunnen hem beter in bed stoppen.
We probably should put him in his bed.

‘We kunnen de kinderen in bed stoppen en doen alsof we ze niet hebben.’
"""We can get the kids to sleep and then act like we don't have any."""

Nou, ik ga jou eens lekker in bed stoppen
I' m going to put you to bed

Eerst moet ik mijn stomdronken en ontredderde vriendin in bed stoppen.
Right now, I need to put my very drunk, very upset best friend to bed.

Kom op, laten we jou je pyjama aantrekken en je zo gauw mogelijk in bed stoppen.’
Let's get you into your pyjamas and you can go to bed.'

Ik ga'm in bed stoppen.
I'm going to put him to sleep.

Hij wil me in bed stoppen.
He wants to be put to bed.

En jij moet je dochters in bed stoppen.
Anyway, you should put your kids to bed

Nu wilde ze alleen nog maar Lucas in bed stoppen en gaan slapen.
Right now, all she wanted was to put Lucas to bed and go to sleep.

Hij zou een kind van zes bij een seksmaniak in bed stoppen en zweren dat seksmaniakken niet bestaan.
He’d put a six-year-old kid in bed with a sex maniac and swear that sex mania didn’t exist.

Ze gingen Belle nu in bed stoppen, zeiden ze.
Belle would be put to bed now, they said.

Ik wilde haar zoenen, mee naar huis nemen, haar in bed stoppen.
I wanted to kiss her, to take her home, to put her to bed.

Ze stond op, pakte zijn hand en zei: ‘Ik zal hem wel in bed stoppen.’
She got up, took him by the hand, and said, “I’ll put him to bed.”

‘Ik zal die kleine man maar even in bed stoppen,’ zegt ze.
‘I’d better put the little man to bed,’ she says.

Je moet haar... in bed stoppen.
You need . . . put her to bed.

Leun op mijn schouder, dan zullen we u in bed stoppen.’
Lean on my shoulder and we will get you into bed.”

Ze sleepte hem mee naar binnen en zei: “Ik zal hem in bed stoppen.
She hauled him away inside, saying, “I’m going to put him to bed.

Ik ga je in bed stoppen, schat
I' d better put you to bed, darling

‘Nee, ik ga mijn dochter in bad en in bed stoppen, en daarna ga ik zelf ook slapen.’
I’m going to give my daughter a bath and get her ready for bed, then do the same for me.”

'We kunnen ze beter maar in bed stoppen.'
“We’d better put them to bed.”