kameelhaar oor Engels

kameelhaar

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

camel hair

stofsoort

luxury textile made of camel's wool

Hij droeg kleren van kameelhaar en at honing en sprinkhanen.
He wore clothes made of camel’s hair, and he ate honey and locusts.

voorbeelde

De kameel gebruikt zijn isolerende vacht van kameelhaar om de last van de hitte nog meer te verminderen.
“The camel employs camel-hair insulation to lower its heat load still further.

Zijn mantel, of aba, kan van kameelhaar of van groffe, met de hand gesponnen wol zijn.
His outer coat, or aba, may be of camel’s hair or of coarse handspun wool.

Katherine Rose had een oude kameelharen jopper aangetrokken over spijkerbroek en trui met V-hals.
Katherine Rose had thrown an old camel’s hair steamer over jeans and a V-necked sweater.

Garen van kameelhaar
Camel hair yarn

Weet je wat, ik geef je m'n kameelharen jas.
You know I'm going to give you my camel coat

De omvangrijke figuur van Buller, gehuld in een regenjas - geen kameelharen uniform deze keer - kwam binnenlopen.
The bulky figure of Buller, wearing a raincoat—no camel-hair uniform this time—walked in.

Hij had zijn oude jas vervangen door Otto’s kameelharen jas, die opgevouwen bovenop zijn koffer lag.
He had replaced his old coat with Otto’s camel’s-hair overcoat, folded on top of his suitcase.

Er staat een man op met een gelige jas, misschien een kameelharen jas.
There’s a man wearing a yellowish coat, maybe a camel-hair coat.

'Drie heel dure kasjmier of kameelharen jassen, elegant, van Italiaanse snit.
“Three were very expensive cashmere or camel’s-hair, elegant, Italian-designed.

Maak zijn paden recht.”’ 4 Johannes droeg kleren van kameelhaar en had een leren gordel om zijn middel.
* Make his roads straight.’” 4 Now John was clothed with camel’s hair and had a leather belt around his waist.

Garen van kameelhaar en Draden van kameelhaar
Camel hair yarn and Camel hair thread

Ik verwachtte Put; die zou nu toch snel tevoorschijn komen met om zijn lijfje de kameelharen zak.
I expected Put; surely he would soon appear now, the camel-hair sack around his body.

De man met wie ze daar stond, was erg chic gekleed in een lange kameelharen jas, en een pak.
The man she was with was very smartly dressed in a long camel-hair coat, shirt and tie.

Ik herinner me die oude kameelharen jas erg goed.
I remember that old camel coat very well.

2 Grote mensenmenigten uit „Jeruzalem en heel Judéa en de gehele Jordaanstreek” gingen naar de wildernis toe om deze profeet, die „kleding van kameelhaar en een leren gordel om zijn lendenen” droeg, te zien.
2 Throngs of people came out into the wilderness from “Jerusalem and all Judea and all the country around the Jordan” to see this prophet with “clothing of camel’s hair and a leather girdle around his loins.”

Het kameelhaar dat we op haar bovenbeen vonden, kwam van... lensborstel voor fotografie, welke ons leidde naar een verdacht fotograaf.
So, the camel hair we found on this victim's thigh came from a photographic lens brush, which led us to suspect a photographer.

Wat doen kameelharen op het bovenbeen van ons slachtoffer?
What are camel hairs doing on our vic's thigh?

Na afloop had ze zijn jas over zich heen getrokken - die beroemde kameelharen jas!
Afterwards she had pulled his coat over herself—that famous camel-hair coat!

Ik kocht ter plekke een slaapzak van kameelhaar, vier lagen dik, vervaardigd door Jaeger.
Instead I bought from him a real camel-hair sleeping-bag of four thicknesses made by Jaeger.

Kleding van kameelhaar was ruw en werd vooral door arme mensen gedragen.
By contrast, soft garments made of silk or linen were worn by the rich.

Jennifer Fortescue liet haar lange kameelharen mantel op een stoel vallen en volgde Mary de kamer uit.
Jennifer Fortescue dropped her coat on a chair and followed Mary out of the room.

‘De kelner dacht trouwens dat het imitatie kameelhaar was.
“Incidentally, the waiter figured it was imitation.

4 Deze Joha̱nnes nu droeg kleding van kameelhaar+ en een leren gordel*+ om zijn lendenen; voorts bestond zijn voedsel uit sprinkhanen+ en wilde honing.
4 But this very John had his clothing of camel’s hair+ and a leather girdle*+ around his loins; his food too was insect locusts+ and wild honey.

Johannes de Doper droeg een kameelharen gewaad, maar er wordt niet gezegd dat het zijn profetenmantel was. — Mr 1:6.
(Heb 11:37) John the Baptizer wore clothing of camel hair, though it is not stated that this was his official garment as a prophet. —Mr 1:6.

Gekleed in een kameelharen gewaad zag hij er werkelijk uit als een profeet.
Dressed in a camel-hair garment, he did indeed look like a prophet.