slenteren oor Frans

slenteren

werkwoord

Te voet voortgaan zonder specifiek doel, gewoon om frisse lucht in te ademen of om te bewegen.

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Frans

flâner

werkwoord

Ik heb je zien slenteren, zoals altijd.
Tu flânais comme d'habitude.

déambuler

werkwoord

Traag gaan, gemakkelijk stappen.

Marcher d'un pas lent et tranquille.

errer

werkwoord

Voyager sans but.

Een beetje op straat slenteren.
Errer dans les rues.

flaner · vadrouiller · se promener · promener · baguenauder · roder · se balader · marcher · ambler · ambuler · faire un tour

voorbeelde

Om de tijd te doden slenter ik langs het hoofdgebouw en verder, elke vijf minuten een blik op mijn horloge werpend.
Pour tuer le temps, je m’aventure derrière le bâtiment et je consulte ma montre toutes les cinq minutes.

Eerst slenteren en nu kuieren, en dat allemaal op één dag.
D’abord on flâne, ensuite, on se promène – tout ça dans une seule et même journée.

‘Ach, gewoon wat slenteren en zwalken zoals ik dat doe.
« Oh, tu sais bien, juste bondir et traînasser comme je le fais.

In normale tijden zouwen er overdag een stuk of vier mensen door de steeg slenteren.
Normalement, dans la journée, il y avait toujours trois ou quatre personnes qui passaient dans cette ruelle.

Ze slenteren doelloos terug naar het huisje, waar Kat een nieuwe poging doet met het flesje met babyvoeding.
Alors ils retournent comme des âmes en peine à la bergerie où Kat tente de nouveau de nourrir le bébé au biberon.

Ik heb je zien slenteren, zoals altijd.
Tu flânais comme d'habitude.

Wij slenteren door een gebied met struiken en vinden er de adembenemende blauwe ’smoke bush’ (’rookstruik’) of, met een andere naam, pruikeboom.
En flânant à travers les arbrisseaux, nous découvrons, incrédules, des coquecigrues bleues.

Ze liep naast me te slenteren met haar merkwaardige dansende tred.
Elle déambulait près de moi, de son étrange pas dansant.

Een neger slenterend met een mand vol vlechtwerkjes liep vlug een telefooncel binnen.
Un Noir qui passait, un panier en osier sous le bras, se dirigea rapidement vers une cabine téléphonique.

Er liepen veel westerlingen rond, slenterend over de markten en luierend op de veranda’s van diverse hostels.
J’aperçus de nombreux Occidentaux se promenant sur les marchés ou se prélassant sur la véranda de leur hôtel.

Maar het is warm ’s avonds, daarom hangen en slenteren de mensen buiten rond.
Mais il fait si chaud le soir que les gens préfèrent traîner dehors.

Dan – omdat hij zo snel loopt – slenter ik wat sneller.
Puis, comme il marche très vite, je marche un peu plus vite.

Ze slenteren allemaal één kant op, ik de andere.
Ils marchent tous dans la même direction, et moi dans l’autre.

Ik zag hem over de binnenplaats van de school slenteren, elegant, kaarsrecht en ontzettend knap.
Je l’ai observé tandis qu’il traversait nonchalamment la cour de l’école, droit, élégant, attirant.

De anderen liepen achter hem aan, verdwaasd slenterend, als de kudde schapen die ze in feite ook waren.
Les autres traînant derrière lui, hagards, comme le troupeau de moutons qu’ils étaient.

Na een paar meter begon het meisje te slenteren.
Au bout de quelques mètres, la petite fille ralentit le pas.

Het moest reusachtig zijn om in het maanlicht door de rue Pigalle te slenteren en een wijsje te fluiten.
» Ç'aurait été fameux de se balader rue Pigalle, au clair de lune, en sifflant un petit air.

Waarom slenter je nu ineens, terwijl je gisteren nauwelijks tijd -y had om op je versleten horloge te kijken.
Pourquoi cette nonchalance quand vous aviez à peine le temps de consulter votre vieille montre ?

Op een fluweelzachte avond slenter ik alleen tussen lachende verliefde stelletjes door naar de terrasjes in Travestere.
Par une douce soirée, j’avais flâné, seul, parmi les couples joyeux à la terrasse des restaurants du Travestere.

Als het thuisteam het groene licht had gegeven zou Sergei naar de bushalte slenteren en de dienstregeling bestuderen.
Une fois reçu le feu vert, Sergueï se dirigera vers l’arrêt de bus et examinera la feuille des horaires.

‘Is dat een gewoonte van u om ’s nachts door de straten te slenteren met agenten achter u aan?’
— Est-ce une habitude chez vous de vous promener la nuit avec des policiers à vos trousses ?

Hand in hand door het oude hart van Korfoe slenteren, wandelen langs de zee.
Les promenades main dans la main dans la vieille-ville de Corfou, les balades le long de la plage.

Stride wachtte een halfuur en toen kwam Finn de voordeur van het gebouw uit slenteren.
Stride attendit une demi-heure avant que Finn ressorte d'un pas alerte du bâtiment.

Terwijl ze uit haar reverence omhoogkwam, zag Mary diverse paren in het maanlicht slenteren.
En se relevant de sa révérence, Mary remarqua plusieurs couples en train de se promener au clair de lune

Ik kwam rustig slenterende voetgangers tegen, de meesten hand in hand of gearmd.
Des piétons déambulaient sans hâte, la plupart se tenant par la main ou par le bras.