You Rang oor Nederlands

You Rang

You Rang, M’Lord?

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

You Rang

You Rang, M’Lord?

You Rang, M’Lord?

you rang

tussenwerpsel

Asks what the summoner desires.

voorbeelde

“So you rang my mum’s girlfriend?”
‘En dus bel je mijn moeders vriendín?’

You rang, sir?
U had gebeld?

You rang, madam?
Ik pak het even.

You rang?
Belde je?

'We know you rang Elias Skog from Oslo, and that two days later you were in Stavanger.
‘We weten dat je vanuit Oslo Elias Skog hebt gebeld en dat je twee dagen later in Stavanger was.

You rang, My Lord?
U belde, mijnheer.

On day seventeen you rang him and told him about the dementia.
Op dag zeventien heb je hem opgebeld om hem te vertellen over je dementie.

But there is a guy I thought of this morning, after you rang.’
Maar er is een kerel aan wie ik vanochtend dacht nadat jij had gebeld.'

‘Nona told me you rang the police back,’ Thomas went on.
‘Nona vertelde dat je de politie hebt teruggebeld,’ vervolgde Thomas.

You rang my doorbell on Monday and asked exactly the same questions.’
Je hebt maandag ook aangebeld en precies dezelfde vragen gesteld.’

I thought I told you when you rang up.
Ik dacht dat ik u dat verteld had, toen u belde.

“You rang with a theory, sir, about Christopher Norwood.”
'U hebt gebeld met een theorie, over Christopher Norwood, mijnheer.'

“I’ve been pondering in fact why you rang me to ask for help that night, Harry.
‘Ik heb trouwens een beetje zitten piekeren over waarom jij me belde en me vroeg of ik je die avond wilde helpen, Harry.

When you rang up today and asked to meet her, the sweet little mouse was so excited.
En ze was zo opgewonden dat je haar vandaag belde om te vragen of ze langs kon komen, die brave kleine muis.

You rang?
Heb je gebeld?

Now, what was it that you rang me about on Monday?”
En waar belde u me maandag nu over?’

‘Chief Inspector, you rang me yesterday and left a message on my answering machine.
‘Hoofdinspecteur, u heeft me gisteren gebeld en een boodschap op mijn antwoordapparaat ingesproken.

You rang, Henry?
Dat laatste klopt.

Abby, you rang?
Abby, belde je?

'You rang with a theory, sir, about Christopher Norwood.'
'U hebt gebeld met een theorie, over Christopher Norwood, mijnheer.'

Anyway, is that why you rang me?
Hoe dan ook, is dat waarom je mij belde?

There always came a point in a conversation like this when I wanted to yell: 'You rang me!'
Er kwam altijd een moment in het gesprek dat ik wilde schreeuwen: ‘Jij hebt míj gebeld!’

‘It’s not my place to judge – you’re Leon’s brother, and you rang to talk to him.
‘Het is niet aan mij om te oordelen – je bent Leons broer, en je belde om hem te spreken.

He left a few minutes ago, and when you rang the bell, I thought he'd come back.""
Hij is een paar minuten geleden vertrokken en toen jij aanbelde, dacht ik even dat hij teruggekomen was.’

You rang off before she could reply.
Je had afgebeld voor ze kon antwoorden.