mêler à oor Nederlands

mêler à

Vertalings in die woordeboek Frans - Nederlands

betrekken

werkwoord

In een situatie betrekken.

impliceren

werkwoord

In een situatie betrekken.

verwikkelen

werkwoord

In een situatie betrekken.

voorbeelde

» Quand Patrick retourna se mêler à la foule, une albinos d’environ quatorze ans lui saisit le bras
Toen Patrick weer de menigte in ging kwam een veertienjarig albinomeisje aan zijn arm hangen.

Je déteste vous mêler à ça.
Ik wil je niet met mijn gedoe opzadelen.

Tadeo et Miguel commandent une bière au bar bondé et s’efforcent de se mêler à la foule.
Tadeo en Miguel bestellen een biertje bij de drukke bar en slagen er redelijk in niet op te vallen.

Je ne voulais pas vous mêler à ça.
Ik wou jullie er niet bij betrekken.

Il ne voulait pas la mêler à son dangereux métier.
Hij wilde haar niet in zijn gevaarlijke beroep betrekken.

Ecoutez, Fin, je ne veux pas vous mêler à ça.
Ik wil jou hier niet in betrekken.

Le besoin de se mêler à l’existence des autres le faisait descendre dans la ville.
Een drang om met de anderen deel te hebben in het leven, deed hem naar de stad afdalen.

Mais dès la cérémonie terminée, au lieu de se mêler à l’assistance, Mark a filé et s’est volatilisé.
Maar direct na afloop rende Mark in plaats van buiten met iedereen een praatje te gaan maken ergens heen en verdween.

Faites un effort spécial pour vous mêler à la conversation.
Probeer doelbewust een gesprek aan te knopen

Alors on va tous les mêler à une fusillade.
We laten de anderen het met hen uitvechten.

Je ne vais pas te mêler à ça.
Ik wil jou hier niet in meesleuren.

Un nouveau type de douleur vint se mêler à celle qui lui était devenue familière à ce stade.
Een nieuw soort pijn vermengde zich met de inmiddels bekende pijn.

Vous le pensez mêler à tout ça?
Denk je dat hij er iets mee te maken heeft?

— Mais je ne veux pas te mêler à ça
‘Ik wil niet dat je erbij betrokken raakt.’

— Je vous attendais, dit Karellen. 23 — Au début, commença Karellen, nous pouvions sans danger nous mêler à eux.
'Ik heb op je gewacht,' zei Karellen. 23 'In het begin,' zei Karellen, 'konden wij ons zonder gevaar tussen hen begeven.

Je n'ai aucun droit de te mêler à ça mais...
Ik weet dat ik het recht niet heb om je hierbij te betrekken...

Je m'en veux de vous mêler à ça, mais je n'ai pas le choix.
Ik wil je niet gebruiken, maar ik kan niemand vertrouwen.

J’ai préféré me mêler à des gens qui suivaient les principes bibliques.
In plaats daarvan ging ik om met mensen die zich aan Bijbelse normen hielden.

Je n'aurais jamais dû te mêler à ça
Ik had je hier nooit in mee moeten slepen.

On n'avait pas l'intention de se mêler à votre système judiciaire.
Het was niet onze bedoeling uw wetten te overtreden.

Noa était beaucoup trop loin et, de toute façon, il ne voulait pas la mêler à tout ça.
Noa zat te ver weg en hij wilde haar hier ook niet bij betrekken.

Vous ne pouvez pas penser que je sois mêler à...
U kunt onmogelijk denken dat ik er iets te maken mee had...

J'aimerais me mêler à eux.
Kon ik maar met ze gaan drinken.

Bien, je vais me mêler à vous et esperer pouvoir tous vous rencontrer.
Ik zal me zo onder het publiek mengen. En ik hoop... jullie allemaal te leren kennen.

Ces énormes masses d’air, du fait qu’elles tournent, ont tendance à ne pas se mêler à l’atmosphère environnante.
Omdat deze enorme luchtmassa’s rondwervelen, blijven ze gewoonlijk afgescheiden van de atmosfeer die hen omgeeft.