revenus fonciers oor Nederlands

revenus fonciers

voorbeelde

D’une manière générale, le revenu total des entités non commerciales est formé par les revenus fonciers, les revenus du capital et autres revenus divers (article 143 du TUIR).
Algemeen genomen, worden de totale inkomsten van niet-commerciële organisaties gevormd door de redditi fondiari (kadastraal inkomen), het ondernemingskapitaal en diversen (artikel 143 TUIR).

Faire un testament devient parfois une tâche complexe, surtout s’il y a de nombreux héritiers, ou si les investissements ou les revenus fonciers doivent être gérés d’une façon particulière.
Om dat te voorkomen, is het mogelijk de erfenis te aanvaarden „onder het voorrecht van boedelbeschrijving” zoals dat heet.

12 Entre les années 2012 et 2014, il a été soumis, en France, à divers prélèvements portant sur des revenus fonciers ainsi que sur une plus-value réalisée à la suite de la cession d’un immeuble.
12 Van 2012 tot 2014 zijn in Frankrijk lastens hem diverse heffingen over onroerende inkomsten alsmede over een meerwaarde uit de verkoop van een onroerend goed vastgesteld.

La CSG est perçue en particulier sur les revenus fonciers, les rentes viagères constituées à titre onéreux (8), les revenus de capitaux mobiliers et certaines plus-values (article L. 136-6 du code de la sécurité sociale).
7) De CSG wordt in het bijzonder geheven over „revenus fonciers” (inkomsten uit onroerend goed), „rentes viagères constituées à titre onéreux” (lijfrenten onder bezwarende titel)(8), „revenus de capitaux mobiliers” (inkomsten uit investeringen) en bepaalde „plus-values” (meerwaarden) (artikel L. 136‐6 van de Code de la sécurité sociale; wetboek sociale zekerheid).

Le droit de l’Union fait-il obstacle à ce qu’un fonctionnaire de l’Union européenne soit assujetti à des contributions et prélèvement sociaux dans l’État membre dont il est résident fiscal en raison de ses revenus fonciers perçus dans cet État membre ?
Staat het Unierecht eraan in de weg dat een ambtenaar van de Europese Unie in de lidstaat waarvan hij fiscaal ingezetene is, wordt onderworpen aan sociale bijdragen en een sociale heffing over de inkomsten uit onroerend goed die hij in die lidstaat geniet?

« Renvoi préjudiciel – Libre circulation des travailleurs – Fonctionnaire de l’Union européenne – Affiliation obligatoire au régime de sécurité sociale des institutions de l’Union européenne – Financement des prestations de sécurité sociale nationale – Revenus fonciers – Assujettissement – Contribution sociale généralisée (CSG) – Prélèvement social – Contributions additionnelles »
„Prejudiciële verwijzing – Vrij verkeer van werknemers – Ambtenaar van de Europese Unie – Verplichte aansluiting bij het socialezekerheidsstelsel van de instellingen van de Europese Unie – Financiering van nationale socialezekerheidsprestaties – Inkomsten uit onroerend goed – Belastingplicht – Algemene sociale bijdrage – Sociale heffing – Aanvullende bijdragen”

Or, dans le cadre de l' appréciation des revenus bruts, il devrait être tenu compte des seuls revenus d' origine salariale, à l' exclusion des impôts assis sur d' autres sources de revenus, tels que les revenus de capitaux mobiliers ou les revenus fonciers.
Bij de berekening van bruto-inkomsten zou dan ook enkel rekening moeten worden gehouden met de loon- en inkomstenbelasting, en niet met belastingen op andere bronnen van inkomsten, zoals rente of huursommen.

La contribution est normalement calculée sur la base du revenu cadastral pour les bâtiments et du revenu foncier pour les terrains, tels qu'ils apparaissent dans les registres du cadastre, et sur la base des indices hydrauliques de bénéfice relatifs à la zone dans laquelle se trouve l'immeuble.
De bijdrage wordt doorgaans berekend aan de hand van de belastinggrondslagen voor grond en gebouwen volgens het openbare register van het kadaster, en op basis van het waterrecht in de streek waarin het onroerend goed gelegen is.

« Un principe du droit de l’Union fait-il obstacle à ce qu’un fonctionnaire de la Commission européenne soit assujetti à la [CSG], au prélèvement social et aux contributions additionnelles à ce prélèvement, aux taux de 0,3 % et de 1,1 % sur des revenus fonciers perçus dans un État membre de l’Union européenne ? »
„Verzet een beginsel van het Unierecht zich ertegen dat een ambtenaar van de Europese Commissie wordt onderworpen aan [de CSG], aan de sociale heffing en aan de bij die heffing komende bijdragen van 0,3 % en 1,1 % over de in een lidstaat van de Europese Unie genoten inkomsten uit onroerend goed?”

Il y perçoit des revenus fonciers qui ont été, au titre des années 2008 à 2011, soumis à la CSG, à la contribution pour le remboursement de la dette sociale (ci-après la « CRDS »), au prélèvement social de 2 % ainsi qu’aux contributions additionnelles à ce prélèvement aux taux de 0,3 % et de 1,1 %.
Hij geniet daar inkomsten uit onroerend goed en is op grond daarvan voor de jaren 2008 tot en met 2011 onderworpen geweest aan de CSG, aan de bijdrage ter vereffening van de sociale schuld (contribution pour le remboursement de la dette sociale; hierna: „CRDS”), aan de sociale heffing van 2 % en aan de bij die heffing komende bijdragen van 0,3 % en 1,1 %.

« Un principe du droit de l’Union fait-il obstacle à ce qu’un fonctionnaire de la Commission européenne soit assujetti à la contribution sociale généralisée, au prélèvement social et aux contributions additionnelles à ce prélèvement, aux taux de 0,3 % et 1,1 % sur des revenus fonciers perçus dans un État membre de l’Union européenne ? »
„Verzet een beginsel van het Unierecht zich ertegen dat een ambtenaar van de Europese Commissie wordt onderworpen aan een algemene sociale bijdrage, aan de sociale heffing en aan de bij die heffing komende bijdragen, tegen het percentage van 0,3 % en 1,1 %, over de in een lidstaat van de Europese Unie genoten inkomsten uit onroerend goed?”

«Est-il contraire aux articles [63 TFUE] et [18 TFUE] qu’un parent partiellement assujetti à l’impôt sur le territoire de la République fédérale d’Allemagne ne puisse pas déduire de ses revenus fonciers les rentes versées, en tant que dépenses exceptionnelles, alors qu’un contribuable assujetti à l’impôt sur l’intégralité de ses revenus le pourrait?»
„Is het in strijd met artikel [63 VWEU] respectievelijk artikel [18 VWEU] wanneer een in het binnenland beperkt belastingplichtig familielid, anders dan een onbeperkt belastingplichtige, wegens inkomsten uit verhuur en verpachting verschuldigde uitkeringen niet als buitengewone uitgaven geldend kan maken?”

Un principe du droit de l’Union fait-il obstacle à ce qu’un fonctionnaire de la Commission européenne soit assujetti à la contribution sociale généralisée, au prélèvement social et aux contributions additionnelles à ce prélèvement, aux taux de 0,3 % et de 1,1 %, sur des revenus fonciers perçus dans un État membre de l’Union européenne?
Verzet een beginsel van het Unierecht zich ertegen dat een ambtenaar van de Europese Commissie wordt onderworpen aan een algemene sociale bijdrage, aan de sociale heffing en aan de bij die heffing komende bijdragen, tegen het percentage van 0,3 % en 1,1 %, over de in een lidstaat van de Europese Unie genoten inkomsten uit grondbezit?

Est-il contraire aux articles 56 et 12 CE qu’un parent partiellement assujetti à l’impôt sur le territoire de la République fédérale d’Allemagne ne puisse pas déduire de ses revenus fonciers les rentes versées, en tant que dépenses exceptionnelles, alors qu’un contribuable assujetti à l’impôt sur l’intégralité de ses revenus le pourrait?
Is het in strijd met artikel 56 EG respectievelijk artikel 12 EG wanneer een in het binnenland beperkt belastingplichtig gezinslid, anders dan een onbeperkt belastingplichtige, wegens inkomsten uit verhuur en verpachting verschuldigde uitkeringen niet als buitengewone uitgaven geldend kan maken?

«Est-il contraire aux articles 56 [CE] et 12 CE qu’un parent partiellement assujetti à l’impôt sur le territoire de la République fédérale d’Allemagne ne puisse pas déduire de ses revenus fonciers les rentes versées, en tant que dépenses exceptionnelles, alors qu’un contribuable assujetti à l’impôt sur l’intégralité de ses revenus le pourrait?»
„Is het in strijd met artikel 56 EG respectievelijk artikel 12 EG wanneer een in het binnenland beperkt belastingplichtig familielid, anders dan een onbeperkt belastingplichtige, wegens inkomsten uit verhuur en verpachting verschuldigde uitkeringen niet als buitengewone uitgaven geldend kan maken?”

De plus, il est constant que les revenus fonciers en cause dans l’affaire au principal sont considérés en droit national comme des revenus du patrimoine, à l’instar des rentes viagères qui étaient en cause dans l’affaire ayant donné lieu à l’arrêt du 26 février 2015, de Ruyter (C‐623/13, EU:C:2015:123).
Voorts staat vast dat de inkomsten uit onroerend goed waarop het hoofdgeding betrekking heeft, in het nationale recht worden beschouwd als inkomsten uit vermogen, net zoals de lijfrenten waarom het draaide in de zaak die aanleiding heeft gegeven tot het arrest van 26 februari 2015, De Ruyter (C‐623/13, EU:C:2015:123).

Il avait l’air d’un professeur de Yale avec des revenus indépendants et fonciers.
Hij zag eruit als een professor van Yale die financieel onafhankelijk is en een vaste aanstelling heeft

((Renvoi préjudiciel - Fonctionnaire de l’Union européenne - Statut - Affiliation obligatoire au régime de sécurité sociale des institutions de l’Union européenne - Revenus fonciers perçus dans un État membre - Assujettissement à la contribution sociale généralisée, au prélèvement social et aux contributions additionnelles au titre du droit d’un État membre - Participation au financement de la sécurité sociale de cet État membre))
((Prejudiciële verwijzing - Ambtenaar van de Europese Unie - Statuut - Verplichte aansluiting bij het socialezekerheidsstelsel van de instellingen van de Europese Unie - In een lidstaat ontvangen inkomsten uit onroerend goed - Verplichting tot betaling van de algemene sociale bijdrage, de sociale heffing en de aanvullende bijdragen krachtens het recht van een lidstaat - Bijdrage aan de financiering van de sociale zekerheid van die lidstaat))

«Renvoi préjudiciel — Fonctionnaire de l’Union européenne — Statut — Affiliation obligatoire au régime de sécurité sociale des institutions de l’Union européenne — Revenus fonciers perçus dans un État membre — Assujettissement à la contribution sociale généralisée, au prélèvement social et aux contributions additionnelles au titre du droit d’un État membre — Participation au financement de la sécurité sociale de cet État membre»
„Prejudiciële verwijzing – Ambtenaar van de Europese Unie – Statuut – Verplichte aansluiting bij het socialezekerheidsstelsel van de instellingen van de Europese Unie – In een lidstaat ontvangen inkomsten uit onroerend goed – Verplichting tot betaling van de algemene sociale bijdrage, de sociale heffing en de aanvullende bijdragen krachtens het recht van een lidstaat – Bijdrage aan de financiering van de sociale zekerheid van die lidstaat”

Cette demande s’inscrit dans le cadre d’un litige qui oppose M. Wenceslas de Lobkowicz, fonctionnaire retraité de la Commission européenne depuis l’année 2016, au ministère des Finances et des Comptes publics (France) au sujet de son assujettissement à des contributions et prélèvement sociaux, au titre des années 2008 à 2011 sur des revenus fonciers perçus en France.
Deze vraag is gerezen in een geding tussen Wenceslas de Lobkowicz, sinds 2016 gepensioneerd ambtenaar van de Europese Commissie, en het Ministère des Finances et des Comptes publics (ministerie van Financiën en Overheidsrekeningen, Frankrijk) over de verschuldigdheid van sociale bijdragen en heffingen over in de jaren 2008 tot en met 2011 in Frankrijk genoten inkomsten uit onroerend goed.

L’analyse qui précède n’est pas remise en cause par les allégations du gouvernement français selon lesquelles les contributions et les prélèvements sociaux en cause au principal seraient qualifiés d’« impôts » qui frappent, non pas des revenus du travail, mais des revenus fonciers, et qui ne donnent pas directement lieu à une contrepartie ou à un avantage en termes de prestations de sécurité sociale.
48 De voorgaande analyse wordt niet in geding gebracht door de stellingen van de Franse regering dat de in het hoofdgeding aan de orde zijnde sociale bijdragen en heffingen worden aangemerkt als „belastingen”, die niet over de inkomsten uit arbeid maar over de inkomsten uit onroerend goed worden geheven, en niet leiden tot een rechtstreekse tegenprestatie of een voordeel in termen van voorzieningen van socialezekerheid.

En vertu de l’article L. 136-6 du code de la sécurité sociale, dans sa version applicable aux faits au principal, les personnes physiques fiscalement domiciliées en France au sens de l’article 4 B du code général des impôts sont assujetties à une contribution sur les revenus du patrimoine assise sur le montant net retenu pour l’établissement de l’impôt sur le revenu, notamment, des revenus fonciers.
Krachtens artikel L. 136‐6 van de code de la sécurité sociale (wetboek sociale zekerheid), in de op de feiten van het hoofdgeding toepasselijke versie, zijn natuurlijke personen die hun fiscale woonplaats in Frankrijk hebben in de zin van artikel 4 B van de code général des impôts (algemeen belastingwetboek), onderworpen aan een bijdrage over inkomsten uit vermogen, die wordt berekend op basis van het nettobedrag dat in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van de inkomstenbelasting op, onder meer, inkomsten uit onroerend goed.

5 En vertu de l’article L. 136‐6 du code de la sécurité sociale, dans sa version applicable aux faits au principal, les personnes physiques fiscalement domiciliées en France au sens de l’article 4 B du code général des impôts sont assujetties à une contribution sur les revenus du patrimoine assise sur le montant net retenu pour l’établissement de l’impôt sur le revenu, notamment, des revenus fonciers, des rentes viagères constituées à titre onéreux et des revenus de capitaux mobiliers.
5 Krachtens artikel L. 136‐6 van de code de la sécurité sociale (wetboek sociale zekerheid), in de op het hoofdgeding toepasselijke versie, zijn natuurlijke personen die hun fiscale woonplaats in Frankrijk hebben in de zin van artikel 4 B van de Code général des impôts (algemeen belastingwetboek), onderworpen aan een bijdrage die wordt geheven over inkomsten uit vermogen en wordt berekend op basis van het nettobedrag dat in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van de inkomstenbelasting. Zij wordt geheven over, onder meer, inkomsten uit onroerend goed, lijfrenten onder bezwarende titel en inkomsten uit investeringen.