veinard oor Nederlands

veinard

adjektief, naamwoord manlike

Vertalings in die woordeboek Frans - Nederlands

geluksvogel

naamwoord

Iemand die altijd geluk heeft in het leven.

Si tu n'épouses pas Carla, un petit veinard va le faire.
Als jij niet met Carla trouwt, gaat een andere geluksvogel dat doen.

gelukkig

adjektief

Nous sommes la génération la plus veinarde... qu'il y ait jamais eu.
Wij zijn de gelukkigste generatie tot nu toe.

bofkont

Iemand die altijd geluk heeft in het leven.

Quand je pense qu' en ce moment, des veinards voguent vers le Pacifique
Op dit moment gaat er een bofkont naar de Stille Oceaan

mazzelaar

Iemand die altijd geluk heeft in het leven.

On sait que tu es là, petit veinard
Kom maar.We weten dat je er bent, mazzelaar

boffer

naamwoord

Iemand die altijd geluk heeft in het leven.

voorbeelde

Si tu n'épouses pas Carla, un petit veinard va le faire.
Als jij niet met Carla trouwt, gaat een andere geluksvogel dat doen.

Sidney, t'es un gros veinard.
En, Sidney, gelukkige smeerlap.

Tu ne vas pas nier que pour être veinard, t’es un drôle de veinard.
Je moet niet ontkennen dat je een raar soort geluksvogel bent.

Quel veinard!
Gelukkige kerel.

Oui, bien veinard.
Ja, echt gelukkig.

Les veinards.
Wie geluk heeft.

Veinard.
Gelukzak.

Veinard!
Ik benijd je.

Quelle veinarde!
Heb ik mazzel.

— Pierre, veinard, ça fait du bien de te voir, fiston.
‘Lucky Pierre, goed om je te zien, jongen.

Les plus veinards n'ont-ils pas plus de cent millions parfilm?
Sommige spelers verdienen honderdduizenden dollars per film.

Veinarde.
Leuk voor je.

Comment fais-tu pour être aussi veinard, Arratay ?
Hoe kom jij aan zo veel geluk, Arratay?’

Félicitations, petit veinard !
Gefeliciteerd, Dougie, jij ongelofelijke mazzelpik.’

Veinarde.
Bofkont.

" Et Renard Roublard avala Canard Veinard en une seule bouchée. "
" Toen at Foxy Loxy in één grote hap Ducky Lucky op. "

T' es un veinard, T. J
Wat een mazzel

On est des putains de veinards, tu sais!
Niemand heeft zo'n mazzel als wij

Je suis veinard, ou juste bon?
Heb ik geluk, of ben ik gewoon goed?

Tu ne vas pas nier que pour être veinard, t'es un drôle de veinard.
Je moet niet ontkennen dat je een raar soort geluksvogel bent.

Tous veinards, sauf moi.
Iedereen heeft geluk behalve ik.

– Bigre, vous êtes de sacrés veinards !
‘Man, hebben jullie even geluk.

Pas Maddie non plus, étant donné qu elle passait chaque minute de son temps libre dans le lit de Jax, le petit veinard.
Maddie ook niet, aangezien die tegenwoordig elk vrij moment doorbracht in Jax’ bed.

C'est pas normal d'être aussi veinard.
Wat ben jij een bofkont, zeg.

Elle est trop veinarde pour vous, n’est-ce pas ?
Ze heeft te veel mazzel naar jouw zin, is het niet?