kibbelden oor Engels

kibbelden

werkwoord

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

plural past indicative and subjunctive of kibbelen.

Geskatte vertalings

Vertoon algoritmies gegenereerde vertalings

Soortgelyke frases

kibbelt
gekibbeld
kibbel
kibbelde
kibbelen
altercate · argue · bicker · quarrel · quibble · squabble · to bicker · to quibble · to squabble
kibbelend

voorbeelde

Advanced filtering
‘Gisteren duurde het ook al langer,’ zei hij en we kibbelden hier nog even over door.
“You ran long yesterday,” he said, and we proceeded to fight about this.Literature Literature
En toch duurde het maar een paar dagen tot we weer kibbelden.
And yet before many days had passed, we were quarrelling again.Literature Literature
Hoe meer het paar kibbelde, des te rustiger werd Creed.
The more the couple bickered, the more Creed relaxed.Literature Literature
Elke ochtend kibbelden en discussieerden ze met elkaar, en Bruce vond dat helemaal niet erg.
They bantered and argued every morning, and Bruce didn’t mind at all.Literature Literature
Als ze niet met elkaar kibbelden, ruzieden ze wel met de buren.
When they weren’t arguing with each other, they argued with their neighbours.Literature Literature
Ik weet nog dat Antonia en ik er altijd over kibbelden of je nu uit Holland of uit Italië kwam.
I remember Antonia and I used to argue whether you were from Italy or Holland.Literature Literature
Het was dan wel schattig dat ze zo kibbelden over hun relatie met mijn dochters, maar het was echt overbodig.
As cute as it was that they were fighting over my daughters, it was unnecessary.Literature Literature
'Weet je, je vader en ik kibbelden ook wel eens, maar dat liep nooit uit op iets ernstigs.
...“You know, your father and I had our little arguments at times too, but they never amounted to anything serious.Literature Literature
Onze oudste ‘zus’, Arro, kon heel hatelijk zijn en kibbelde voortdurend met Itjabo.
Our older sister, Arro, could be spiteful, and she squabbled constantly with Ijaabo.Literature Literature
Ze lachten, ze kibbelden, maar meestal praatten ze over koetjes en kalfjes.
They’d laugh, they’d bicker, but mostly, they’d just talk of this and that.Literature Literature
Gouverneur Nepveu en Kolonel Fourgeoud kibbelden.
Governor Nepveu and Colonel Fourgeoud bickered.Literature Literature
Michelle en Debby kibbelden nu over een tekenfilm op tv.
Michelle and Debby were already bickering about some cartoon on TV.Literature Literature
Het was veel gemakkelijker als ze kibbelden en nors tegen elkaar waren.
It was so much easier when they were arguing and scowling at each other.Literature Literature
Joanie kibbelde met Brady over de juiste manier om een boutonnière vast te spelden.
Joanie was arguing with Brady about the proper way to pin a boutonniere.Literature Literature
Ze hadden nooit ruzie, kibbelden maar zelden.
They never fought, rarely even argued.Literature Literature
Maar vandaag kibbelden ze helemaal niet – alleen keken ze naar de oude heks alsof ze niet bestond.
Today, however, they didn’t squabble, but looked at the old witch as if she wasn’t there.Literature Literature
Hij had er geen problemen mee om tegen zijn vader in te gaan, maar hij kibbelde niet graag met moeder.
He was always willing to go head-to-head with their father, but he did not like to argue with Mother.Literature Literature
Ze sjokten weg, trokken beiden aan de mand en kibbelden over waar ze meer witte graankorrels konden vinden.
They trudged off, pulling against each other and arguing over where to find more of the white grains.Literature Literature
Het was tijd om te kiezen, en de pas afgestudeerde SEAL’s kibbelden over het aanbod.
It was time to pick our billets and the SEALs who graduated bickered over what was available.Literature Literature
Hij kibbelde met Yumo als ze elkaar troffen en begon haar maniertjes en buien minder aantrekkelijk te vinden.
He bickered with Yumo when they met and began to find her little ways and moods less appealing.Literature Literature
In plaats daarvan kibbelden ze over wie de hoogste posities zou mogen bekleden.
Instead they bickered over who should hold three of the top six positions of leadership.Literature Literature
Marty en ik kibbelden vaak wie van ons dit laatste karweitje van de dag op zich mocht nemen.
Marty and I would often squabble over which of us should do this last task of the day.Literature Literature
'Niets dan kleinzielige stammen die kibbelden over weiland, paarden stelende wilden.'
"""Nothing but petty tribes squabbling over pastureland, horse-stealing savages."""Literature Literature
We kibbelden een tijdje tot hij toegaf.
We bickered for a while until he finally gave in.Literature Literature
Mijn zus en ik kibbelden al drie decennia en daarna maakten we het altijd weer goed.
My sister and I had spent three decades bickering and making up.Literature Literature
215 sinne gevind in 9 ms. Hulle kom uit baie bronne en word nie nagegaan nie.