luister af oor Engels

luister af

werkwoord

voorbeelde

Luister af en toe naar haar.
Listen to her every once in a while.

Leah vroeg zich al luisterend af wat voor soort vrouw het was, die volwassen mannen kon doen verbleken.
Leah, listening, wondered what sort of woman it was that could make two grown men turn pale.

Luister af en kom tussenbeide als er problemen zijn.’
Listen outside, intervene if there’s trouble.”

We luisteren af
We have a tap into the system

Een lang hoofdstuk over een korte beoefening Een week schrijven in een café Staar, gluur, luister, luister af.
A Long Chapter on a Short Practice A Week of Writing in a Café Stare, pry, listen, eavesdrop.

We luisteren af?
We're tapping his phone?

Ik luister af en toe zelfs gesprekken af.
I even listen in occasionally.

Smeek, ween, breek in, luister af!
Beg, borrow, hack, tap, bypass!

De twee vreemdelingen gingen op hun gemak zitten luisteren, af en toe met elkaar pratend.
The two strangers settled back into their chairs and listened, occasionally speaking to each other.

vroeg Celia zich gespannen luisterend af - hoewel ze al had geraden wat er verder nog zou komen.
wondered Celia with an edge of her tight attention—although she had already guessed what was coming next.

Luister af en toe eens, want ik weet best nuttige dingen.
" because I have expertise you might benefit from " moment.

Ze luisteren af wat mensen elkaar vertellen en rapporteren dat aan hun superieuren.
They keep an ear out for what people are saying and report it to their superiors.

Ze luisteren af, dat weet ik zeker.
They were listening, I was sure of it.

Ze genoot ervan te luisteren, af te luisteren, dat deed ze tijdens haar werk aldoor.
She liked to listen, to eavesdrop; she did it all the time on the job.

Esk wachtte luisterend af tot de stilte in haar oren dreunde.
Esk waited, listening until the silence roared in her ears.

Satellieten en antennes luisteren af.
Right now, satellites and ground station antennas are listening in.

Dus luister af en toe's naar me, ja?
So, listen to me sometimes, will you?

‘Ze spioneren, ze luisteren af, ze bemiddelen.
“They spy, they listen, they interfere.

Ja, ik luister af.
Yeah, I listen.

We luisteren af.
We're listening.

Zij waren er niet mee bezig discipelen van Christus te maken, maar zij trachtten degenen die misschien naar het goede nieuws zouden luisteren, af te breken.
They themselves were not occupied in making disciples of Christ, but they tried to tear down those who might be listening to the good news.

Ze luisteren ons af.
Our phones are tapped.

Luister maar af.
Listen to it.

Ze luisteren ons af.
They've been bugging us.

We luisteren niet af.
It's not eavesdropping.