dutje oor Engels

dutje

naamwoord onsydig

Een korte slaap, in het bijzonder gedurende de dag.

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

nap

naamwoord

a short period of sleep, especially during the day

Het kan dat ik zo meteen opgeef en in plaats hiervan een dutje ga doen.
Maybe I'll just give up soon and take a nap instead.

catnap

werkwoord, naamwoord

Een dutje van een paar uurtjes zal je goed doen.
A few hours' catnap will do you well.

doze

naamwoord

Een korte slaap, in het bijzonder gedurende de dag.

A short period of sleep, especially one during the day time.

Meestal doe ik thuis een dutje, maar nu heb ik een slaap.
I usually go home and doze, but I'm not sleepy.

lie-down · short sleep · snooze · forty winks · kip · siesta

Dutje

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

nap

verb noun

short period of sleep

Het kan dat ik zo meteen opgeef en in plaats hiervan een dutje ga doen.
Maybe I'll just give up soon and take a nap instead.

Soortgelyke frases

dut
kip

een dutje doen
nap · to take a nap

dutten
doze · kip · nap · slumber · snooze · to doze · to nap · to slumber · to snooze · to take a nap

voorbeelde

‘Terwijl u een dutje deed, heeft Arthur hier zich uitgegeven voor politieman om toegang tot uw kamers te krijgen.’
‘While you have been having a nap, Arthur here posed as a policeman in order to gain access to your rooms.’

Nou, ik ben bekaf, ik ga denk ik een dutje doen.
Well, I'm bushed, think I'm gonna go take a nap.

Uren later, midden in een dutje, kreeg Ellery antwoord.
Hours later, in the middle of a nap, Ellery was answered.

Ze zei dat alle huizen daar wit zijn en dat iedereen altijd vrolijk is omdat ze ’smiddags een dutje doen.’
She said all the buildings were white and that everyone was always happy because they sleep in the afternoons.’

Wanneer het spoor recht en vlak is, kan de menner soms het span aan de leidhond overlaten en dan zelf een dutje doen op de slee.
When the trail is straight and flat, there are times that the musher may turn the team over to the lead dog while the musher catches a nap in the sled.

Misschien wilde hij een dutje doen.
Perhaps he was going to have a little nap.

De meeste van de zeer ruime stoelen waren bezet door stafleden die er ofwel een dutje in deden of zaten te lezen.
Most of the oversized seats were occupied by staff members either dozing or reading.

Zeg tegen uw kind dat siësta betekent dat het een dutje moet doen of rustig moet gaan zitten of liggen lezen.
You can tell your child that taking a siesta means he either has to nap or quietly read.

'Je zei dat je een dutje zou gaan doen in mijn huis,' zei ze tegen haar moeder.
“You said you were going to use the cabin and get some sleep,” she said to her mother.

Ik pak zelf liever een biertje en een dutje, maar ik ben dan ook lui.
I myself prefer a pint and a good nap. But then, I'm the lazy type.

lk ga'n dutje doen.
l'm going to take a nap.

En toen ook het dutje.
And then they discovered the nap.

Je hebt twee minuten of minder voor je dutje.
Well, you have two minutes or less for your nap.

We kunnen beter allemaal gaan liggen en een dutje doen.
In fact, we should all lie down and sleep.

Toen Betty haar dutje deed, heb ik de nieuwsbrief van het Historisch Genootschap uitgespit.
While Betty was having her nap, I dug out the latest news letter from the Midsomer Historical Society.

Ze zou even een dutje doen en erop vertrouwen dat haar innerlijke klok haar bij Holborn zou wekken.
She'd catch a short nap now and count on her internal clock to wake her at Holborn.

Ik had een late avond gehad, maar toen ik ging liggen om een dutje te doen, kwam ik niet eens in de buurt van de slaap.
I’d had a late night, but when I lay down and tried to nap, I didn’t even get in sleep’s neighborhood.

Hij had zich verheugd op een dutje en een hete douche in zijn hotel.
He’d been looking forward to a nap and hot shower at his hotel first.

De tweede helft kwam neer op één groot dutje, in de klas.
The second half was just one big nap, pretty much, in class.

Ik ga een dutje doen.
I'M GONNA GRAB A NAP.

Ik ga een dutje doen, ik stop met spelen.
I want a nap, I'll stop playing

Ze had haar vrienden getekend terwijl ze een dutje deden, speelden en elkaar achternazaten.
She’d drawn her friends as they napped and played and chased one another.

Ms Kaplan, Ik wou dat ik u van dienst kon zijn... maar Nikos doet een dutje.
Mr. Kaplan, I wish I could oblige, but Nikos is taking a little nap.

‘Hij doet een dutje,’ vertelde ik haar.
‘He’s having a nap,’ I told her.

Mijn hoofd deed pijn en ik wilde naar huis en een dutje doen.
My head hurt, and I wanted to go home and take a nap.