man van God oor Engels

man van God

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

man of God

naamwoord

voorbeelde

Voor een man van God, was die van u een zeer goddeloze list.
For a man of God, yours was a most ungodly stratagem.

M'n schoonvader was een man van God.
My father-in-law was a man of the Lord.

‘Broeder, je bent toch niet van plan een man van God te gaan slaan, hè?’
“My brother, you wouldn’t lay a finger on a man of God?”

Voor een man van God loop je hard van stapel.
Mm. For a man of God, you sure move fast.

Dat was'n man van God.
there was a man of god.

‘Hoe lang ben jij al een man van God?’
“How long have you been a man of God?”

‘Omdat hij een man van God is en niet met opzet iets zou doen wat Hem mishaagde.’
“Because he’s a man of God and he wouldn’t intentionally do anything to displease Him.”

Natuurlijk, je bent een man van God.
Yes, you're a minister.

‘Die jongen is beroemd geworden – een atleet, een plaatselijke beroemdheid en uiteindelijk een man van God.’
“That boy grew up and became a local celebrity, an athlete, a scholar, and eventually a man of God.”

Ik ga ze laten zien dat een man van God is gearriveerd.
I'm gonna show them a man of God has arrived.

Wat heeft de wetenschap een man van God te bieden?'
What does science have to offer a man of God?”

Op zijn manier is hij ook een man van God.'
He’s also a man of God, in his own way.’

‘Een man van God met een geweer, of een sluipschutter die God heeft gevonden?’
“A man of God with a gun, or a gunman who’s found God?”

Maar als man van God kon hij geen nee zeggen.
But, as a man of God, he couldn’t say no.

Niemand zou verwachten dat een man van God plotseling een verborgen dolk zou trekken.
Nobody would be expecting a man of God suddenly to whip out a concealed dagger.

Ik voel me bevoorrecht een man van God te kunnen helpen.’
It is a privilege to give aid to a man of God.”

‘We hebben kennisgemaakt met een man van God, Grigory uit de buurt van Tobolsk.’
‘We made the acquaintance of a man of God – Grigory from the Tobolsk region.’

‘Laat de jongen gaan,’ zei de man van God rustig.
“Let the boy go,” the man of God said quietly.

Hij is een man van God.
He is a man of God!

Een man van God heeft de plicht de waarheid te spreken.
Men of God have the duty to speak truthfully.

Ik ben een man van God.
I am a man of God.

Ik ben een man van God,’ zei Jim, nadat hij diep had ingeademd.
I am a man of God,” Jim said after taking a deep breath.

Ze zou willen dat hij een man van God werd.
She’d want him to be a man of God.

‘Inderdaad, vrouwe, maar ik ben een man van God.’
“Indeed, lady, but I am a man of God.”

Ik ben slechts een simpele man van God.
I'm just a simple man of God.