schold kwijt oor Engels

schold kwijt

werkwoord

voorbeelde

Hij trok op naar de Romeinse provincie Asia, beloofde de Griekse stadstaten vrijheid en schold schulden kwijt.
He marched on the Roman province of Asia, promising freedom for the Greek city-states and canceling debts.

GHA bleef de crisisverlagingen toepassen en schold vergoedingen kwijt die AG en PSA verschuldigd waren voor niet-nakoming van de oorspronkelijke TMV's.
TGHA continued to apply the Crisis reductions and waived any compensation payments that AG and PSA had to pay for its non-compliance with the original MTRs.

Neil verspeelde de investering, maar Good schold zijn lening kwijt.
Neil lost the investment, but Good forgave the loan.

Hij schold Owen's schuld kwijt.
He was forgiving Owen's debt.

Ze scholden hem een jaar kwijt, daardoor werd z'n leven gered.
The judge took a year off his age so that he could be spared

De koning kreeg medelijden en schold hem zijn schuld kwijt.
Moved with pity, the master canceled his debt.

De meester van de slaaf ’werd hierdoor tot medelijden bewogen’ en schold hem zijn schuld kwijt.
“Moved to pity at this,” the master of the slave forgave his debt.

De meester, die zelf naar huis verlangde, schold Johannes achtenveertig strafregels kwijt.
The master himself, who was impatient to go home, excused Johannes from the forty-eight remaining lines.

27 De meester kreeg medelijden met de slaaf, schold hem zijn schuld kwijt+ en liet hem gaan.
27 Moved with pity at this, the master of that slave let him off and canceled his debt.

Hij schold hem zijn schuld kwijt en schreef hem af.
Forgave him his debt and wrote it off.

schold hem zijn schuld kwijt: Of ‘vergaf hem de schuld (lening)’.
canceled his debt: Or “forgave him the debt (loan).”

President Mitterrand schold hem zijn straf kwijt.
President Mitterrand granted him a pardon.

De heer van dien slaaf kreeg medelijden met hem en hij liet hem vrij en schold hem de schuld kwijt.
Moved to pity at this, the master of that slave let him off and canceled his debt.

Toen die slaaf om geduld en genade smeekte, kreeg de heer ‘medelijden met hem en schold hem de schuld kwijt’.
Hearing the servant’s plea for patience and mercy, “the lord of that servant was moved with compassion, and ... forgave ... the debt.”

27 Daar de meester van die slaaf hierdoor tot medelijden werd bewogen, liet hij hem gaan+ en schold hem zijn schuld kwijt.
27 Moved to pity at this, the master of that slave let him off+ and canceled his debt.

De meester werd met ontferming bewogen en schold de man zijn schulden kwijt.'
The master was moved with compassion and forgave all the man’s debt.”

‘Toen zij niets hadden om te betalen, schold hij het hun beiden kwijt.
“And when they [both] had nothing to pay, he frankly forgave them both.

Ze konden hun schuld niet terugbetalen, en hij schold ze allebei hun schuld kwijt.
When they did not have anything to pay him back with, he freely forgave them both.

Hij schold niet alleen Owen's schuld kwijt, maar van iedereen op de lijst.
He wasn't just absolving Owen's debt, he was doing it for everyone in that file.

42 Ze konden hun schuld niet terugbetalen, en hij schold ze allebei hun schuld kwijt.
42 When they did not have anything to pay him back with, he freely forgave them both.