tederheid oor Frans

tederheid

naamwoord vroulike

Een gevoel van toegenegenheid.

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Frans

tendresse

naamwoord vroulike

Qualité de ce qui est tendre.

Ik voel een tederheid in je ogen, klopt dat?
Je perçois de la tendresse dans tes yeux.

affection

naamwoord vroulike

Een gevoel van toegenegenheid.

Is het omdat ik dik ben, of is het een uitdrukking van tederheid?
J' ai engraissé, ou est- ce un terme d' affection?

voorbeelde

Gehuwde mannen die zich afgeven met pornografie verzwakken de banden van tederheid die hen aan hun vrouw binden, want in feite komt het erop neer dat zij hun vrouw bedriegen.
Les hommes mariés qui se complaisent dans les ouvrages pornographiques affaiblissent les liens affectifs qui les unissent à leurs femmes, car, en fait, ils se montrent infidèles.

Ook hebben Gods dienstknechten er veel tijd en moeite aan besteed om dezen met grote zorg en tederheid te onderwijzen en te helpen.
Mais les serviteurs de Dieu ont consacré beaucoup de temps et fait de grands efforts pour instruire ces personnes et les aider avec beaucoup d’attention et de tendresse.

Dit moet twintigste-eeuwse ouderlingen er wel heel sterk toe bewegen Gods kudde met tederheid te behandelen!
Son exemple ne doit- il pas inciter les anciens du XXe siècle à traiter le troupeau de Dieu avec tendresse?

Petrus’ verdere woorden luidden: „Tenslotte, weest allen één van zin, betoont medegevoel, oefent broederlijke liefde, weest teder genegen, nederig van geest.”
Pierre ajoute en effet: “Enfin, soyez tous dans de mêmes dispositions, vous mettant à la place d’autrui, ayant de l’affection fraternelle, pleins d’une tendre compassion, humbles d’esprit.”

Met de gedachte aan Hilde had ze geprobeerd de tedere kant van haar man op te roepen.
Par cette pensée, elle essayait de faire appel au côté tendre de son mari.

Een tegelijk woeste en tedere blik die wil zeggen vertrouw op mij, niet alle mannen zijn slecht.
Un regard furieux et doux qui dit je suis là, fais-moi confiance, tous les hommes ne sont pas des pourris.

Je ogen kijken teder naar haar.
Tu la regardes tendrement.

Teder legde hij zijn hand op haar schouder.
Il posa la main gentiment sur son épaule.

Te midden van het leed en de vervolging die de heiligen in zijn tijd doormaakten, spoorde Petrus hen aan om elkaar met liefde en tederheid te behandelen (zie 1 Petrus 1:22; 3:8–9).
Au milieu des afflictions et des persécutions que les saints rencontrent à son époque, Pierre les exhorte à s’aimer tendrement les uns les autres (voir 1 Pierre 1:22 ; 3:8-9).

Hij schreef aan de gemeente in Thessalonika: „Daar wij . . . tedere genegenheid voor u hadden, hebben wij u gaarne niet alleen het goede nieuws van God meegedeeld, maar ook onze eigen ziel, want gij zijt ons lief geworden” (1 Thessalonicenzen 2:7, 8).
Il a écrit à la congrégation de Thessalonique : “ Ayant pour vous une tendre affection, nous étions contents de vous communiquer non seulement la bonne nouvelle de Dieu, mais encore nos âmes mêmes, parce que vous étiez devenus pour nous des bien-aimés.

‘Dat beloof ik,’ herhaalde Morgan teder en keek Grace glimlachend aan.
— Oui, je le promets, répéta Morgan en souriant à Grâce

Ik weet zeker dat hij teder met je zal zijn.
Je suis sûr qu’il sera doux avec toi.

'Echtgenoot,' fluisterde ze met een stem vol liefde en tederheid.
« Mon époux », murmura-t-elle d’une voix pleine d’amour et de tendresse.

Zo verandert het geluk met de een in tederheid voor de ander.
Voilà comment le bonheur avec l’un se transforme en tendresse envers l’autre.

'Moge de zegen van de goden daar op je rusten, vreemdeling,' fluisterde Emer en ze kuste hem teder op de lippen.
— Que les bénédictions des dieux vous suivent, étranger, chuchota Emer en l’embrassant.

O, dat tedere gevoel als hij tegen haar aan lag te slapen.
Ô cette tendresse lorsqu'il dormait contre elle.

Nee, ik laat je niet achter aan de tedere genaden van Dr Arden.
Non, je ne vous laisserai pas à la miséricorde du Dr Arden.

Werkelijke liefde was een volmaakt evenwicht tussen begeerte en tederheid.
Le véritable amour était un parfait équilibre entre le désir et la tendresse.

In deze aardse leerschool ervaren we tederheid, liefde, vriendelijkheid, geluk, verdriet, teleurstelling, pijn en zelfs lichamelijke beperkingen die ons voorbereiden op de eeuwigheid.
À l’école de la condition mortelle, nous apprenons la tendresse, l’amour, la gentillesse, le bonheur, le chagrin, les déceptions, la douleur et même les épreuves dues aux limitations physiques, de façons qui nous préparent pour l’éternité.

Terence raakte met zijn hand haar hoofd aan met een onverwacht teder gebaar.
La main de Terence toucha sa tête avec une tendresse inattendue.

‘Neem me mee, o tedere vrouw, neem me in hemelsnaam mee; neem me mee, o tedere vrouw,’ zuchtte de boosaardige slang.
Prends-moi, douce femme », soupira le méchant serpent.

Op en neer, langzaam en teder, alsof ze wist hoe dicht hij bij zijn ontlading zat.
En haut, en bas, lentement, délicatement, comme si elle savait à quel point il était proche de l'éruption.

Komt alle tederheid die voor niets is gegeven, terug wanneer de behoefte eraan het grootst is?
Est-ce que toute la douceur donnée pour rien, pour tout, revient lorsqu'on en a le plus besoin ?

Wat wilt u, deze man is teder, hij is potent, hij vervult de geheimste wensen van het huis.
Que voulez-vous, cet homme est tendre, viril, il satisfait tous les désirs secrets de la maison.

Ik herhaal nogmaals dat de tedere barmhartigheden des Heren niet willekeurig of toevallig plaatsvinden.
Je le répète : les tendres miséricordes du Seigneur ne se produisent pas par hasard ni par simple coïncidence.