– Artikel 55 Ger. Wb.: „Wanneer de wet bepaalt dat ten aanzien van de partij die in België noch woonplaats, noch verblijfplaats, noch gekozen woonplaats heeft, de termijnen die haar verleend werden dienen verlengd te worden, dan bedraagt die verlenging: 1) vijftien dagen, wanneer de partij in een aangrenzend land of in het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië verblijft; 2) dertig dagen, wanneer zij in een ander land van Europa verblijft; 3) tachtig dagen, wanneer zij in een ander werelddeel verblijft.”
– Article 55 of the BGW: ‘When the law provides that, with regard to the party which has no domicile, place of residence or address for service in Belgium, the time-limits prescribed should be extended, that extension shall be: (1) fifteen days, when the party resides in a country bordering Belgium or in the United Kingdom of Great Britain [and Northern Ireland]; (2) thirty days, when the party resides in another European country; (3) eighty days, when the party resides in another part of the world.’EurLex-2 EurLex-2