boos zijn op oor Engels

boos zijn op

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

beangry

to be angry

werkwoord

Roman wil dat ik boos ben op hem en jij wil dat ik boos ben op jou.
Roman wants me to be angry at him and you want me to be angry at you.

voorbeelde

Je moet boos zijn op Jason.
It's Jason that you should be angry at.

En ik heb niet graag dat mensen boos zijn op me, zeker jij niet.
And I don't like when people are mad at me especially you.

Je kan niet boos zijn op Lindsey omdat Mia weg is.
Don't get mad at Lindsey just because Mia's gone.

Je moet eigenlijk boos zijn op je vader.
It's your father you should be upset with.

Maar je moet boos zijn op de situatie.
But you have to be angry at the situation.

Ze zou niet boos moeten zijn op mij; ze zou boos moeten zijn op mijn rivaal.
She shouldn’t be mad at me; she should be mad at my rival writer.

U begrijpt vast dat we boos zijn op de kinderen, maar ze zijn ongedeerd.
We're a bit mad at the kids, but they are all okay.

Hoe kun je vrouwen haten en op hetzelfde moment boos zijn op wat Tucker doet?
How can you hate women yet at the same time be mad at what Tucker does?

Ik mocht niet boos zijn op Crow en Cane, omdat het niet hun schuld was.
I shouldn’t be angry with Crow or Cane because it wasn’t their fault.

Boos zijn op mijn oma kan ik nu niet.
I can’t be mad at my grandmother now either.

Waarom zou ik boos zijn op je?
Why would I be mad at you?

Ik moet niet boos zijn op jou.
I should not vent my anger on you.

‘Maar waarom zou ze om die reden zo boos zijn op je vader?’
‘But why be so angry at your father for that?’

“O, niet boos zijn op kleine Harry,” zei de in het rood geklede dame.
“Oh, don’t be cross with Little Harry,” said the lady in red.

‘Maar dan houden ze ermee op te denken dat we boos zijn op elkaar.’
“But then they’ll stop thinking we’re mad at each other.”

Niet boos zijn op mij.
Just.. just don't be mad at me.

Ik wil niet boos zijn op Eden.
I don’t want to get angry at Eden.

Goed, dan zal ik boos zijn op Booth en Mars in jouw plaats.
That's fine, I'll be angry at both Booth and Mars for you.

Alsjeblieft, niet boos zijn op me.
Please don't hate me.

‘U moet niet boos zijn op uw dochter, Herr Ehrlich,’ zei Hartmann.
‘Don’t be angry with your daughter, Herr Ehrlich,’ Hartmann said.

Boos zijn op Cayson is onvolwassen en bekrompen.
Being angry with Cayson is immature and petty.

Ik zal niet boos zijn op jou.
I won't get mad at you.

Haar aanwezigheid irriteerde hem, maar hij moest niet boos zijn op haar.
Her presence irritated him, but he shouldn’t be angry with her.

Je moet niet boos zijn op je moeder, want zij heeft me niet weggestuurd.
Don’t blame your mother—she didn’t send me away this time.

Je kan niet boos zijn op je vader omdat hij zich gedroeg zoals hij is.
You can't be mad at your father for being himself.