een telefoontje plegen oor Engels

een telefoontje plegen

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

to make a phone call

werkwoord

Ik wil een telefoontje plegen, maar ik heb geen kleingeld.
I want to make a phone call, but I don't have any change now.

voorbeelde

‘Maar ik moet eerst een telefoontje plegen.’
“But first I have to make a call.”

Laat me één telefoontje plegen of één e-mail versturen.
Just let me make one phone call or send an email.

We moeten echt een telefoontje plegen.’
We really need to make a telephone call.”

Ik moet nog even een telefoontje plegen.
I just have to make one phone call first.

Helen, houd jij onze gasten even bezig terwijl ik een telefoontje pleeg...'
Helen, entertain our guests for a moment while I make a phone call...’

Ik moet nog één telefoontje plegen.
I need to make one more call.

“Ik moet een telefoontje plegen.”
“I have to make a phone call.”

Laat me een telefoontje plegen.
Let me make some calls.

Natuurlijk, meneer.Ik moet een telefoontje plegen naar Californië in een paar uur
I have to make a telephone call to California in a couple of hours

‘Ik moet even een telefoontje plegen.
‘Let me make a telephone call.

Ik mocht één telefoontje plegen.’
They’re letting me make one call.’

‘Wisconsin,’ zei Grady, ‘en nu moet ik een telefoontje plegen.
“Wisconsin,” Grady said, “and now I’ve got to make a call up there.

Misschien mag je een telefoontje plegen.
Maybe you can make a phone call.

Als het hem niet lukte, zou hij een telefoontje plegen met de Nokia.
If he was unsuccessful, he would place a call with the Nokia.

‘Hij moest nog even een telefoontje plegen, voor het in Londen te laat werd.
“He had a call to make before it got too late in London.

Het eerste wat ik deed was een telefoontje plegen naar professor Stasic van de academie in Mountain View.
The first thing I did was place a call to Professor Stasic at Mountain View Junior College.

‘Maar als je me nu even wilt excuseren, ik moet een telefoontje plegen.’
“Now, if you’ll excuse me, I have to make a phone call.”

Ik moet eerst een telefoontje plegen.
I just have to make a phone call first.

Een kwartiertje later kwam de deputy terug en zei: 'Je mag één telefoontje plegen.
About fifteen minutes later, the deputy returned and said, “You got a call coming.

Ik kan een telefoontje plegen.
Um, I can put in a call.

Ik moet even een telefoontje plegen.
I just have a quick phone call to make.

Laat me even een telefoontje plegen.
Let me make a call.

‘Luister, Sharyn, ik moet hoognodig een telefoontje plegen.’
“Listen, Sharyn, I need to make a call.”

‘Een telefoontje plegen of onvoorzichtig zoeken op zijn computer, waarschijnlijk,’ zei Amanda Flod.
“I would suggest we’re talking about a telephone call, or an impetuous search on his computer,” Flod said.

En toen: Ik moet nog een telefoontje plegen.
Then: I’ve got to make another call.