de tafel dekken oor Engels

de tafel dekken

Vertalings in die woordeboek Nederlands - Engels

table

werkwoord

Mama heeft de tafel gedekt.
Mom spread the table.

to set the table

werkwoord

Ik ga wat ijs halen en jij moet de tafel dekken.
I'm gonna go get some ice, and you need to set the table.

voorbeelde

Ik maak de aardappelpuree wel af en ik zal de tafel dekken.’
I’ll finish mashing the potatoes and setting the table.’

Ga de tafel dekken.
Go set the table.

‘Zou jij de borden kunnen verwarmen, de tafel dekken en iets te drinken voor ons inschenken?
‘Could you put plates in to warm, set the table and get us drinks?

Ik zal de tafel dekken.
I'll set the table.

Misschien kun je de tafel dekken voordat jullie gaan eten.
Maybe you can set the table before the family eats.

"""Waarom ga je niet de tafel dekken?"""
“Why don’t you go set the table?”

Willen jullie nu alsjeblieft even de tafel dekken?
Would you lay the table, you two?

Kom de tafel dekken.
Come set the table for dinner.

Je mag de tafel dekken en een fles wijn uit de kast pakken.'
You can lay the table and hook a bottle of wine out of the cupboard.”

Kom de tafel dekken, alsjeblieft.
Come and help set the table, please.

Ashlyn wist al wat ze moest doen: de tafel dekken.
Ashlyn already knew her assignment: She was to set a table.

Ik blijf de tafel dekken voor twee.
I still keep laying the table for two, duck.

‘Ze kan alvast de tafel dekken, als ze wil.’
“She can get the table ready if she wants.”

Wil je dat ik de tafel dek of ben je bang dat ik dan het zilveren bestek steel?’
Want me to set the table, or are you afraid I’ll steal the silver?”

Ben, moet jij nou de tafel dekken?
Ben, don't you have something else to do?

‘Handen vasthouden maakt de tafel dekken een stuk lastiger,’ plaag ik.
“Holding hands makes it a lot harder to set the table,” I tease.

Kun je alstublieft de tafel dekken, Ramona?
Could you set the table, please, Ramona?

Maar jij moet de tafel dekken.
But I want you to set the table.

‘Ga de tafel dekken en wat bloemen halen.’
“Set the table, get some flowers.”

‘Mooi, dan ga ik de tafel dekken.’
‘Great, then I’ll lay the table.’

Kun jij de tafel dekken?
Can you set the table for us?

Hij zou de tafel dekken.
He's supposed to be setting the table right now.

Het enige wat je dan nog hoefde te doen, is wat groente stomen en de tafel dekken.
All you’d have to do is steam some vegetables and set the table.

Wil je de tafel dekken, alstublieft?
Would you set the table, please?

Ze kunnen tot zes uur luchten, dan de tafel dekken.'
Air the rooms until six o’clock, then set the table.”