to cheer oor Nederlands

to cheer

Vertalings in die woordeboek Engels - Nederlands

aanvuren

werkwoord

At race time the entire populace turns out to cheer its team.
Als er races worden gehouden, komt de hele bevolking het eigen team aanvuren.

juichen

werkwoord

You know, they used to cheer when I walked out of the bullpen.
Vroeger begonnen ze te juichen als ik het veld op liep.

Soortgelyke frases

to cheer up
blij maken · opbeuren · opkikkeren · opvrolijken

to cheer on
aanmoedigen · toejuichen

voorbeelde

Nick decided to cheer things up, at least at the office.
Nick besloot de zaken wat te verlevendigen, op kantoor althans.

To cheer Claire, Annie spent huge amounts of time with her.
Om Claire op te vrolijken bracht Annie veel tijd met haar door.

Even though he'd improved, the language ability of a two-year-old wasn't much to cheer about.
Kyle had weliswaar vooruitgang geboekt, maar het spraakvermogen van een tweejarige gaf bepaald geen reden tot juichen.

You brought me gelato from Little Italy to cheer me up.
Je bracht me ijs uit Little Italy om me op te vrolijken.

Who can resist a dog when it's trying to cheer you up?
Wie kan een hond weerstaan als hij je probeert op te vrolijken?

“The least we could do would be to cheer him up a little.
Het minste wat we kunnen doen, is hem een beetje opvrolijken.

“We need someone to cheer us up in these dim and dismal days.”
We hebben iemand nodig die ons opvrolijkt in deze donkere en deprimerende dagen.’

A blossom to cheer him though life's weary hour.
Een bloesem om hem op te vrolijken in het zwaarste uur van het leven.

Welcome to Cheers 200.
Welkom bij Cheers 200.

Elaine sank into self-flagellation, though Inger tried repeatedly to cheer her up.
Elaine kwelde zichzelf, hoewel Inger haar steeds weer moed inpraatte.

Cheers to Cheers on your 200th.
Proost op Cheers op je 200ste.

To cheer her up, her grandma gave her little tokens, even slipping her a silver cross.
Om haar op te monteren gaf haar oma haar kleine iconen, gaf haar stiekem een zilveren kruisje.

"""Well, I've come to cheer you up, Charlie."
‘Nou, ik kom je wat opvrolijken, Charlie.

Hundreds of thousands of Berliners crammed the streets to cheer him.
Honderdduizenden Berlijners stonden in de straten om hem toe te juichen.

‘Angela and I wanted to cheer everybody up with a bit of a party.
‘Angela en ik dachten er al aan om iedereen wat op te vrolijken met een feest.

I love Ryan Adams and tried to cheer but could only clap my hands weakly.
Ik ben dol op Ryan Adams en probeerde te juichen, maar kon slechts zwakjes klappen.

Some had been standing to cheer, but no longer.
Sommigen hadden staan juichen, maar deden dat nu niet meer.

He sounded frustrated and worried, and she wanted to cheer him up.
Hij klonk gefrustreerd en bezorgd en ze wilde hem opvrolijken.

She didn’t believe it for a minute, but she appreciated his efforts at trying to cheer her up.
Ze geloofde hem geen moment, maar waardeerde het dat hij zijn best deed om haar op te vrolijken.

I'm trying to cheer you up.
Ik probeer je op te vrolijken.

‘At least America is a civilized country,’ Garth said, doing his best to cheer Mog.
‘Amerika is in elk geval een beschaafd land,’ zei Garth in een poging Mog op te beuren.

that's very considerate of you, but we shouldn't wait for the weather to cheer her up.
Dat is heel attent van je, maar we moeten niet wachten op het weer om haar op te vrolijken.

Come on, we’ll go and see your friend Lola this afternoon, she’ll know how to cheer you up.”
Kom,en vanmiddag gaan we bij uw vriendin Lola langs, zij weet vast wel hoe zeu kan opvrolijken.’

You really are trying to cheer me up here, aren't you?
Je bent echt bezig om me op te beuren is het niet?

He would have made even more concessions if necessary to cheer up the droll little fellow.
Hij zou nog meer hebben gedaan, als dat voor opmontering van het grappige kereltje nodig zou zijn geweest.