La Cour de justice des Communautés européennes a été saisie le 24 août 2004 (télécopie du 20 août 2004) d'un pourvoi introduit par Deutsche Post AG et DHL Express (Italy) Srl (antérieurement: DHL International Srl) contre l'ordonnance rendue le 27 mai 2004 par le Tribunal de première instance des Communautés européennes (deuxième chambre élargie) dans l'affaire T-358/02 ayant opposé Deutsche Post AG et DHL International Srl à la Commission des Communautés européennes, soutenue par la République italienne et Poste Italiane SpA. Les mandataires ad litem des requérantes sont Mes Jochim Sedemund et Thomas Lübbig, avocats, du cabinet Freshfields Bruckhaus Deringer, Potsdamer Platz 1, D-10785 Berlin.
Bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen is op 24 augustus 2004 hogere voorziening ingesteld door Deutsche Post AG en DHL Express (Italy) Srl (voorheen: DHL International Srl), vertegenwoordigd door J. Sedemund en T. Lübbig, Rechtsanwälte, gedomicilieerd te Freshfields Bruckhaus Deringer, Potsdamer Platz 1, D-10785 Berlijn, tegen de beschikking van het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen (Tweede kamer – uitgebreid) in zaak T-358/02, Deutsche Post AG en DHL International Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen, ondersteund door Italiaanse Republiek en Poste Italiane SpA.EurLex-2 EurLex-2